Partijvoorzitter Herman en ik hadden een act in elkaar gezet voor het aanstaande GroenLinks-congres. Maar die moest natuurlijk wel even geoefend worden. Dus stond ik rond twee uur ’s middags bij hem op de stoep. Bewapend met partituren, warme thee, teksten en een accordeonist gingen we aan de slag.
Te laat keerde ik terug naar Breda. Te laat, omdat ik die avond een eter zou hebben, die door mijn net gemiste trein zo’n half uur op het station in Breda op me heeft moeten wachten. Bart benutte de tijd, naar eigen zeggen, om kennis te maken met de Bredase dakloze op het station.
Het was een gezellige avond, waarbij eens te meer duidelijk werd dat het niet hebben van een bank niet altijd handig is, maar dat een tapijt weer veel goed maakt. De volgende ochtend gingen we niet erg uitgeslapen terug naar het station om naar het GroenLinks-congres in Tilburg te gaan.