Rond kwart voor zes ’s ochtends lag ik in bed na een nacht lang gesjouwd te hebben om het park Valkenberg te ontdoen van alles dat verwees naar popfestival Breda Barst dat afgelopen weekeinde werd gehouden. Een uur later ging de wekker en probeerde ik zo fris en fruitig mogelijk weer op mijn werk in Den Haag te verschijnen.
Ik baalde behoorlijk van de werkdag. Liever had ik de collega-vrijwilligers geholpen met het verder opruimen van het Valkenberg, maar ik had geen vrije dag opgenomen. In Den haag stonden deze dag namelijk belangwekkende zaken op de agenda, waaronder de presentatie van de kandidatenlijst van GroenLinks en mijn collegae hadden het me ongetwijfeld niet in dank afgenomen als ik afwezig was geweest. Het gaf een onbevredigend gevoel om er tijdens de laatste werkzaamheden voor het eerst sinds jaren niet bij te zijn.
Wel zeer aangenaam was de treinrit naar Den Haag. Twee coupé-genoten praatten uitgebreid na over het geweldige festival dat ze hadden meegemaakt, terwijl ik telkens in en uit slaap dommelde. Ook de avond was zeer aangenaam. Traditiegetrouw gaat de organisatie zich op maandagavond bezatten en dit jaar was geen uitzondering. Toegegeven, ook in Dok19 viel ik op een gegeven moment even in slaap. Tot groot genoegen van de mede-organisatieleden die het moment aangrepen om allerlei dingen op mijn hoofd te stapelen. Er schijnen foto’s van te zijn, die ik echter niet gezien heb.
Het werd een latertje. Het slaaptekort was inmiddels groot genoeg om voor zichzelf te zorgen.