
Zucht. Ik zit na een campagnedag in de trein, onderweg van Groningen naar Breda en laat de vermoeidheid van me afglijden op de blauwe stoelen van de vernieuwde koploper richting Den Haag.
Ik bedenk me dat er al weer bijna een half jaar voorbij is sinds ik het laatste stukje op mijn weblog typte. Zo’n 160 lege bladzijden die ik nooit van zijn leven meer ga vullen. Er is weer zo veel gebeurd sinds 24 september 2009.
De verkiezingen hebben totnogtoe een zware wissel getrokken. En toen vorige week het kabinet viel, en het besef drong niet eens direct tot me door, betekende dat dat mijn geplande vakantie van April ook niet door zou gaan. En zo hobbel ik van campagne naar campagne.
Het is, op één vrije week in december na, nu al weer dertien maanden geleden dat ik vakantie heb gehad. Uruguay, met Cbi en Perla. Met hen heb ik ook dit jaar de jaarwisseling gevierd. Cbi was in goede doen, ging zelfs de halve avond jammen. Hij hoefde die week even geen kuur. Gelukkig nieuwjaar, wensten we elkaar. Een nieuw decennium.
Verder lijkt zo’n beetje alles in het teken te staan van de campagne. Ik zie de collega-politici vaker dan mijn eigen vrienden, heb de laatste weken vaker debatten dan scharrels en heb door de drukte al meerdere malen een spijkerbroek uit de wasmand moeten trekken omdat zelfs het draaien van een wasje er als gevolg van de strakke planning bij inschiet. En als ik dan een moment voor mezelf heb, zit ik inderdaad liever in de kroeg met wat vrienden, dan turend voor mijn wasmachine.
Afgelopen dinsdag was het verkiezingsdebat van het platform Marokkanen. Het ging over integratie, en of die nu wel of niet van de grond komt. Normaal ben ik daar heel positief over, maar het feit dat het debat gelijk met de olympische tien kilometer schaatsen was gepland, getuigde daar niet van. Toen het debat eenmaal afgerond was kon ik nog net snel genoeg naar huis fietsen om Sven zijn verkeerde wissel te zien maken. Verbijsterd zat ik vastgeketend aan mijn stoel. Zelfs de politicus had er geen woorden voor.
Volgende week is het drie maart. En nog één keer kan de Bredanaar op mij stemmen. En als alle andere lijsttrekkers na de verkiezingen stoppen met bloggen, neem ik me voor het omgekeerde te doen. De campagne is voorbij, ik heb er hopelijk weer wat tijd voor.
Dagelijks? Ik vrees van niet. Die dwangneurose ben ik de afgelopen maanden kwijtgeraakt. Ik kijk door het raam van de treincoupé naar buiten en zie de lichten van het station van Amersfoort. Zelfs die lijken anders te schijnen dan elders. Ik klap mijn scherm dicht. Niets wordt zoals het was.