Homo Ebrius – di 5 febr. 2008

Peter Painter en ik

Na de afspraak in Utrecht, had ik nog genoeg tijd over om enkele schriftelijke vragen te stellen over gevaarlijke giftransporten, voordat ik samen met de vriendengroep op onze vaste stek tegenover Café de Beyerd naar de carnavalsoptocht ging kijken.

Hoewel carnaval natuurlijk niets met overmatige alcoholconsumptie te maken heeft, moet ik tot mijn eerlijkheid bekennen dat ik me de volgende ochtend niet eens precies kon herrinneren waar we vervolgens allemaal nog naar toe gegaan zijn. Volgens mij zaten de Catch 22, de vulling en café Bruxelles in ieder geval in het programma. Net zoals ik me kan herrinneren dat ik vervolgens nog pobeerde mijn burgerplicht te vervullen door mensen aan te spreken die tegen de Grote Kerk aan het zeiken waren. Waarbij ik overigens hopeloos over een paar omgevallen fietsen struikelde en daarna besloot dat het zinloos was om tegen de tsunami van urine te vechten die de zandstenen kerk die avond te verduren had. Dus ging ik maar een te duur en te vet frietje halen om vervolgens aan de bar van de Boulevard te belanden.

Het was eigenlijk verbazingwekkend dat ik vervolgens nog de energie had om ’s nachts nog een kop thee te gaan drinken bij vrienden aan de andere kant van de stad. Ik moet wel heel erg dronken geweest zijn.

Homo Monotropus – ma 19 febr. 2007

nu even niet

Van de carnaval waren vooralsnog alle dagen aan mij voorbijgegaan. Nu vier ik doorgaans toch geen uitbundig carnaval, maar vandaag begon het een beetje te knagen.

Ik vier al jaren slechts één dag carnaval en dat dan nog op therapeutische basis. Sinds ik, tien jaar geleden woonachtig in York, een jaar heb moeten overslaan, heb ik het virus nooit meer helemaal te pakken gekregen. Op maandag ga ik met mijn vriendengroep op stap om de optocht te zien en daarna te blijven drinken tot op zijn minst één van ons zich kotsend over zijn fiets begeeft. Of iemand anders’ fiets. Dat kan natuurlijk ook.

Je zult mij niet horen afgeven op carnaval. Maar het toppunt van volksverheffing is het ook niet. Ik dacht het dan ook niet erg te vinden dat ik een groot deel van de maandag thuis moest werken. Ik hoopte er vroeger of later wel een punt achter te kunnen zetten, om me nog even bij mijn vrienden aan te kunnen sluiten, maar de werkzaamheden bleken langer te duren dan verwacht.

Om zeven uur ’s avonds was ik klaar, hees me in het eerste de beste thermo-pak dat ik kon vinden en dook de stad in. Maar mijn vrienden hadden hun vaste plek al verlaten. Zonder al te veel moeite keerde ik terug huiswaarts. Ik was te nuchter, de rest van de mensheid te dronken.

Thuis trok ik een biertje open en verdronk ik mij in walging. Niet om het carnaval en zijn weinig hoogdravende karakter. Nee, vanwege mijzelf, dat ik dit feest dit jaar geheel aan mij voorbij heb laten gaan. De dinsdag in mijn agenda stond al vol met afspraken.

Optocht – ma 27 febr. 2006

Samen met mijn vrienden vier ik al jaren lang op therapeutische basis één dag carnaval en dat is op maandag, de dag van de optocht. De optocht bekijken we jaarlijks op het eindpunt, op de Boschstraat, tegenover café de Beyerd.

Later vervolgden we onze carnavalsmaandag in Zeezicht, Café Hoegaarden, De Snek, De Franciscaner en De Bommel. Ergens halverwege deze dweiltocht kwam ik Alladin tegen, van wie ik meteen drie wensen mocht doen, zolang hij dat maar eerst mocht. En aangezien alle drie die wensen iets met mij te maken hadden, was het vanaf dat moment vrij helder dat één van ons die avond niet thuis zou slapen.

Overigens bleek het kostuum dat ik per abuis aanzag voor een Alladin, later een Ali Baba-kostuum te zijn. Tot mijn grote opluchting kreeg ik er de veertig rovers niet gratis bij. Tsja, het is nu eenmaal carnaval.

Nazorg – di 8 febr. 2005

De spierpijn en de enorme kater die me vorig jaar op carnavalsdinsdag ten deel vielen, bleven me dit jaar gelukkig bespaard. Alhoewel een aloverheersend gevoel van duf- en lusteloosheid zeker de eerste helft van de dag mijn werklust onderdrukten. Hoewel het contrast van mijn flatpanel altijd al op de laagste stand staat afgesteld, bleek zelfs dat op deze dag te fel. Een zonnebril was niet voor handen.

Het grootste gedeelte van de dag heb ik besteedt aan het bijwerken van mijn weblog (ik weet het, guys, ik liep hopeloos achter en het is een schande en eigenlijk ben ik het medium web-log niet waardig) en het luisteren naar demootjes van bandjes die willen meedingen naar een plaats op de voorronden van Breda Barst. Carnaval heb ik gelaten voor wat het was. Aan het eind van de avond belandde ik nog heel even aan de bar van MeZZ, waar de normaliteit ook al weer was teruggekeerd. Het grote voordeel van slechts één dag carnaval vieren is dat de Duitse krokodil Schnappi helemaal aan me voorbij gegaan is en de confrontatie met SpongeBob Squarepants tot een minimum beperkt is gebleven.

Carnaval – ma 7 febr. 2005

Maandag, de dag van de optocht. Met een groep vrienden stonden we traditiegetrouw op het eindpunt van de route op de Boschstraat, tegenover café de Beyerd. Peter filmde het geheel op zijn ‘nieuwe’ 8 milimeter-camera.

De sfeer op de Boschstraat is altijd erg gezellig en er staan dan ook altijd veel bekenden op dat punt. Zo kwam ik onze vorige fractievoorzitter, Wim Schröder tegen en bleek ook de vorige burgemeester van Breda, Chris Rutten, deze plek te hebben uitgekozen om de optocht te bewonderen. Ik stond een tijdje naast hem. Diverse malen werd hij gevraagd even mee te doen met één van de kleine groepen die aan de optocht deelnamen.

Het was dan ook een vreemde situatie toen twee buurtgenoten uit mijn straat met uitgestoken hand in onze richting liepen. Dit maal was de hand namelijk niet voor de oud-burgervader bedoeld, die al helemaal klaarstond om hem in ontvangst te nemen, maar voor mij. Nog gekker werd het toen twee vrienden, die ook deelnamen aan de optocht met een kar die met dikke touwen door de deelnemers zelf werd voortgetrokken, mij vroegen hun taak even over te nemen. Uiteraard deed ik dat, met als gevolg dat deze groep de burgemeester als trekker van de kar er gratis bij kregen. En dat is het leukste aan carnaval: dat er even geen rangen en standen zijn en dat iemand als een (oud-)burgemeester net zo makkelijk voor dit soort rare acties te porren is als ieder ander.

Het werd een latertje, met allereerst opwarmen in het Hijgend Hert, vervolgens de prijsuitreiking in het Chassé Theater, een lang bezoek aan café Hoegaarden, sjans bij een first-timer uit Rotterdam in Café De Colonie, een politiek gesprek in aangeschoten toestand met collega-raadslid Yvonne Hak in De Beyerd, een bord met daarop iets wat leek op iskender kebab bij het Turkse eettentje Ayasofia en uiteindelijk, rond een uur of vier, de thuiskomst, waarbij de laatste resten confetti op mijn lichaam de vloerbedekking een feestelijke uitstraling gaven.

Carnaval – ma 23 febr. 2004

Oké, ik heb vijf jaar geen carnaval gevierd, maar dit jaar had ik besloten me maar eens heel voorzichtig in het feest onder te dompelen. Dat kwam o.a. omdat mijn vluchtadres (ik ga al een aantal jaren naar Delft om het carnaval te ontlopen) dit jaar niet beschikbaar was. Dus ging ik met vrienden naar de optocht kijken. Vanaf drie uur stonden we bij de Boschstraat, gewapend met blikken bier. De eigenaar van het Turkse eettentje Aya Sofia was onze toiletvoorziening en tevens de leverancier van meer bier (Effes, 1,50 per blikje) toen de eigen voorraad op was.

Het was even wennen, maar eigenlijk heb ik het vreselijk naar m’n zin gehad. De heupen los, gezellig kletsen en gek doen, vreemde mensen aanspreken en dansen, heel veel dansen. Nadat de optocht voorbij was, werd de straat urenlang gevuld door allemaal dansende en hossende mensen. Met mij erbij.

Hapje eten en daarna dweilen door de stad. Jammer alleen dat Breda niet een echte dweilcultuur heeft, want de meeste mensen zaten gewoon binnen. Dus ging ik ook maar weer terug naar Café de Beyerd, waar bekenden mij vreemd aankeken (Sta jij nog overeind?) Ik geloof dat ik tot sluit ben gebleven, alhoewel het ik het me niet allemaal meer zuiver voor de geest kan halen. Ik weet in ieder geval wel dat ik dinsdagochtend wakker werd met pijn in mijn kuiten en één van de ergste katers die ik ooit heb gehad. Ach, volgend jaar moet ik maar beter trainen.