Ik was gevraagd een debat te leiden over dierenrechten. DWARS, de groenlinkse jongerenorganisatie, hield dat debat als voorbereiding op het aanstaande congres, waarop dat onderwerp centraal staat.
Het onderwerp levert doorgaans een verhitte discussie op. Enkelen vinden het namelijk moreel verwerpelijk dieren te doden en stellen het leven van een dier vrijwel gelijk aan dat van de mens. Weer anderen vinden het eten van vlees helemaal niet verkeerd, maar hebben terecht grote bezwaren tegen de praktijk in de bio-industrie.
Ik ben zelf sinds enkele maanden vagetariër. Niet omdat ik het eten van dieren zo erg vind, maar vanwege de voedselverdeling op de planeet. Hadden we niet met z’n zes miljarden geweest, was ik principiëel vleeseter gebleven. Mensen zijn nu eenmaal omnivoren en er is niets mis mee om een beetje natuurlijk gedrag te vertonen.
Aan het eind van de middag ging toog groepje af naar café België. Nadat dat groepje kleiner was geworden en de middag al was overgegaan in de avond, besloten de overblijvers dan maar wat te gaan eten. Het werd een Italiaans restaurant aan de Oude Gracht.
„Graag een pizza Quattro Stagioni, maar dan zonder salami”, zei ik. Ik informeerde wel voorzichtig of ze dan niet de salami van de pizza zouden halen en om de prullenbak te gooien. Dan had ik het namelijk net zo goed wel kunnen eten. „Nee”, antwoordde de ober, „wij maken alles vers.”
Enige tijd later arriveerden de pizza’s. Voor mij een Quattro Stagioni. Met ham. Verbijsterd keek ik afwisselend naar de pizza en naar mijn tafelgenoten. Toen ik vervolgens ook nog constateerde dat de Pizza Verde van één van hen rijkelijk bestrooid was met artisjokkehartjes, voor mij nu juist de reden om een Stagioni te bestellen, gaf ik het op. „Je hebt het in ieder geval geprobeerd”, antwoordde mijn buurman. Schuldbewust at ik de plakjes ham van de pizza.