De terugweek – week 6.2 2009

Tanks op het plein van de Hemelse Vrede
Tanks op het plein van de Hemelse Vrede

Woensdagavond stond het veiligheidsprogramma centraal in de commissie Bestuur. Een hoop speerpunten waar je het allemaal niet mee oneens kunt zijn, maar ik miste een overkoepelende visie. En dat gaf mij de gelegenheid om een al wat langer sluimerend punt van mezelf maar eens naar voren te schuiven, namelijk over de verruwing van de samenleving.

De ombudsman schreef een jaar geleden al eens dat burgers soms ontzettend ruw en vol onbegrip kunnen reageren op de overheid, maar dat het handelen van de overheid daar zelf vaak mede debet aan is. Zo willen ambtenaren zich nog wel eens verschuilen achter regels, zonder uit te leggen waarom iets niet kan of juist moet. Of soms worden regels gebruikt voor zaken waar ze oorspronkelijk niet voor bedoeld zijn. Iedereen kent situaties waarbij de overheid zich onredelijk star opstelt, terwijl een enigszins flexibele houding logisch zou zijn. De ombudsman pleitte dan ook voor een overheid die meer servicegericht werkt.

Die ontwikkeling kun je ook zien bij het dossier veiligheid. Elke onwenselijke situatie proberen we te voorkomen door regeltjes in te voeren. Soms zijn dat goede regels, soms zijn ze wat ondoordacht. Maar met elke nieuwe regel wordt het steeds minder vanzelfsprekend om het gezond verstand te gebruiken. Terwijl dat eigenlijk het eerste uitgangspunt zou moeten zijn. Van politiemensen wordt vervolgens verwacht dat zij al die duizenden regeltjes gaan handhaven. Zeker wanneer een regel onduidelijk is, niet begrepen wordt of onwerkbaar is, leidt dat tot gevoelens van onmacht en agressie. In plaats van dialoog, komen twee partijen lijnrecht tegenover elkaar te staan.

Wat je ook ziet is dat de wijze waarop sommige politiebeambten mensen aanspreken, niet optimaal is. Het komt misschien door de werkdruk, maar bij sommigen begint een gesprek al meteen afstandelijk. Met een wat meer open, vriendelijke toon bereik je vaak veel meer en werk je deëscaleren. Pas als dat niet werkt, kun je altijd nog op een meer dwingende aanpak overgaan. Iedereen zal het belachelijk vinden dat iemand een boete krijgt voor het niet bij zich hebben van een ID-bewijs als er verder niets aan de hand is.

Mijn suggestie voor de burgo: schrijf nu eens een overkoepelende visie voor de vertegenwoordigers van het gezag, of het nu ambtenaren of politiemensen zijn, over bejegening. Zowel in woord als in daad. Hoe willen we dat de overheid met zijn burgers omgaat? Dus, als voorbeeld, niet alleen om een ID-bewijs vragen als je dat wil zien, maar ook uitleggen waarom je dat doet. Niet meteen een boete opleggen als iemand dat niet bij zich heeft.

De burgemeester vond het een interessante suggestie en gaat ‘m uitwerken.

Homo Terribilis – zo 5 okt 2008

Urban Terror

Net na afloop van het DWARS-congres belde een bekende mij op. Hij was vrijdag door een bende hooligans zijn huis uitgejaagd. Huh?

Wat was er gebeurd? Iemand bij de woningcorporatie Wonen Breburg had bedacht dat het misschien een leuk idee was om een feestje te organiseren voor de oud-bewoners van de Vlielandstraat. Om even te illustreren: de Vlielandstraat ligt in de Molukse wijk, maar werd voornamelijk bewoont door autochtonen die, hoe zal ik het stellen, niet de allerhoogste opleidingen hebben gevolgd. De Vlielandstraat staat inmiddels leeg, maar enkele andere straten in de buurt worden nu nog bevolkt door antikrakers. Totdat de hele wijk gesaneerd wordt.

Nu leek het die ene persoon ook een heel leuk idee om dan tijdens dat feestje het eerste huis ook al vast symbolisch te slopen. Door een bowlingbaan of zoiets door de ruit te gooien. Een ieder die dit leest, begrijpt dat dat misschien wel niet zo’n goed idee is. Maar bij Wonen Breburg kijken ze niet zo nauw.

Het vervolg moge duidelijk zijn. Nadat het eerste huis goed en wel gesloopt was, had een deel van de feestgangers, inmiddels aardig beschonken en misschien nog wel meer ook, de smaak te pakken en begonnen ze aan het volgende huis. Om zo de hele straat af te struinen. Totdat ze bij het nog bewoonde deel aankwamen. Maar dat weerhield de groep er niet van om plunderend verder te trekken.

„Mag ik mijn huisnummer misschien terug”, was dan waarschijnlijk ook niet het meest verstandige dat één van de anti-krakers aan het plunderende rapaille kon vragen. Vanaf dat moment had de wil om huizen te slopen, plaats gemaakt voor de drang om mensen te slopen. En in het bijzonder dit ene specifieke gevalletje.

Uiteindelijk moest de politie er tot twee keer toe aan te pas komen om verdere escalatie te voorkomen.

Levenslang – di 26 juli 2005

Mohammed Bouyeri, de moslimidioot die gemeend heeft Theo van Gogh te moeten afslachten, heeft levenslang gekregen. Ondanks deze maximale straf, was de uitkomst onbevredigend.

Wat me het meeste stak was de onbewogenheid waarmee Bouyeri het hele proces over zich heen heeft laten komen. Zijn weigering te erkennen dat hij iets heel ergs heeft gedaan, iets onmenselijks. Had hij berouw getoond, dan had hij nog iets menselijks gehad. Maar hij bleef ervan overtuigd dat hij een goede daad had verricht. Een zelfbenoemde pion van een God die hij heeft geschapen naar zijn eigen misvormde gelijkenis.

Hetzelfde geld voor de plegers van de aanslagen in Londen. Ook daar hebben we te maken met extremisten die een eigen, radicale interpretatie geven aan boeken als de Koran. Waarom deze mensen als martelaar de dood, of in het geval van Bouyeri levenslang, verkiezen boven het leven in een harmonieuze samenleving, is voor ‘normale’ mensen onbegrijpelijk. En hun gedrag is koren op de molen van xenofoben als Geert Wilders.

Het is verleidelijk om te stellen dat de islam terroristen creëert. Terrorisme bestaat immers langer dan de islam. Ook de ETA en de IRA hebben honderden doden op hun geweten. En terwijl radicale Palestijnse activisten het leven van talloze onschuldige burgers ontnemen in hun strijd voor een onafhankelijke staat, deed het joods verzet precies hetzelfde met hun aanslag in 1946 op het King David Hotel, die 90 mensen het leven kostte.

Religie is een gevaarlijk wapen in handen van groeperingen die worden onderdrukt. En dat toont meteen de ware oorzaak van het probleem: niet de islam creëert terroristen, de onderdrukking of vernedering van bevolkingsgroepen is de ware oorzaak. Het verschil tussen moslims en de meeste andere terroristen is dat de eerste groep bereid is ook het eigen leven op te offeren voor een aanslag. Dat kun je van sluipschutters en mensen die tijdbommen plaatsen niet zeggen. Die blijven zelf vrolijk verder leven.

Onderdrukte groepen ontlenen kennelijk makkelijker een identiteit aan een religie dan aan een geografische afkomst. Dat geeft te denken. Wie beweert dat elke godsdienst wereldvrede predikt heeft vanuit zijn wereldbeeld ongetwijfeld gelijk. Maar met even veel recht kan worden gesteld dat het meeste bloed dat deze aarde de afgelopen twee millennia heeft besmeurd, verspilt is door mensen die meenden te handelen vanuit hun geloof. Er is nog een hoop missiewerk te verrichten. Bij voorkeur seculier.

Gaybashing – ma 9 mei 2005

Het gebeurt de laatste tijd steeds vaker. Het is ook behoorlijk bedreigend, zo bedreigend zelfs dat een heleboel goedwillende Marokkanen de straat niet meer op durft. Vooral ’s avonds is het voor hen niet meer veilig op straat. Grote en kleinere groepen homosexuelen, gehuld in leren jas en spijkerbroek, struinen de straten af op zoek naar een onverwacht slachtoffer. Islamietjerammen, of, zoals het tegenwoordig heet, Moslim-bashing. Wat eerst nog een aantal losstaande incidenten leek, begint een structureel karakter te krijgen. Her en der worden door baldadige stadsguerrilla’s zelfs al minaretten bekogeld met roze verfbommen.

Het maakt de homo’s niet eens uit of ze er één van hun eigen soort mishandelen. Yoesuf, een homo van Marokkaanse komaf, ook al slachtoffer geworden van de homo-brigades. Minutenlang schopten ze op hem in. Het ergste was nog wel dat niemand van de tientallen omstanders ook maar een poot uitstak. Een ongelukkige formulering, geef ik toe. De passanten stonden erbij en keken ernaar. Later, thuis of in de kroeg, vertelden ze vol verontwaardiging wat ze gezien hadden op straat. Die vieze flikkers die zo maar een onschuldige moslim in elkaar trapten. Alleen maar omdat hij anders was. Maar ingrijpen, ho maar. Stel je voor, straks ben je het volgende slachtoffer van de homobrigade.

Wij leven in een omgekeerde wereld. Kennelijk vinden sommige groepen Marokkanen het nodig om homo’s te mishandelen. Nu is potenrammen iets van alle tijden, maar in Nederland leek dat sinds halverwege de jaren tachtig toch aanmerkelijk minder te worden. Nu lijken Marokkaanse jongeren deze oud-Nederlandse traditie weer in ere hersteld te hebben. Waarom dat bij uitstek Marokkaanse jongeren zijn, en niet Surinamers, Turken of wie dan ook, dat snap ik niet helemaal. Potenrammen komt vaak voort uit een soort minderwaardigheidscomplex. Door geweld tegen bepaalde (minderheids-)groepen binnen de samenleving, kunnen mensen met een minderwaardigheidscomplex zich af en toe toch nog superieur voelen. Wat dat betreft verschillen deze Marokkaanse potenrammers niets van de extreem-rechtse jongeren die vaak geassocieerd worden met Londsdale. Of van welke andere intolerante en gewelddadige groep dan ook. In dat licht bezien is de aanslag op het WTC misschien ook niets anders dan compensatie voor de te kleine penis van Osama bin Laden, maar dat ter zijde.

Ik maak me enigszins zorgen. Ten eerste omdat homo’s kennelijk weer moeten vrezen voor dit soort geweld. Zelf laat ik me er trouwens niet bang door maken, maar goed. Ten tweede omdat er onder Marokkaanse jongeren kennelijk een kleine, harde kern van mensen is die meent met geweld de samenleving te moeten frustreren. Een groep waar je het als goedwillend Marokkaan steeds weer tegen moet afleggen. De harde kern die er, hoe onterecht ook, mede de oorzaak van is dat er nog steeds op zo’n grote schaal gediscrimineerd wordt in onder meer de horeca.

Maar waar ik me het meest druk om maak is dat van al die tientallen omstanders er weer geen eentje was die ook maar een vinger uitstak om de matpartij te voorkomen. Het ging dus weer precies zoals bij Rene Steegmans en Anja Goos. Dat terwijl mensen volgens de wet verplicht zijn om in te grijpen wanner zij zaken signaleren die niet in de haak zijn. En zelfs al stond dat er niet, er is ook nog zoiets als fatsoen. Wat mij betreft worden al die mensen vervolgd voor hun passiviteit. Niet dat ze een zware straf moeten krijgen, voor mijn part worden ze schuldig bevonden zonder dat er een straf op volgt. Maar de rechter zou nu eindelijk eens een oordeel moeten uitspreken over de plicht tot ingrijpen. Hoevaak moet er nog iemand dood of in het ziekenhuis geslagen worden voordat iemand op het idee komt ook ‘ns zijn of haar verantwoordelijkheid te nemen? Tot die tijd kan de overheid wellicht een Postbus 51-campagne starten met de slogan “blijf met je poten van onze poten”.