Zion – zo 4 jan. 2009

 

Perlita, ikzelf, Sebi en Salo

 

De familie van Sebi heeft van een deels Joods-Lithouwse achtergrond. Via de mannelijke lijn overigens. Toch noemen zij zich joden, zij het van het meest seculiere soort.

Drie dagen eerder zong ik voor Sergio het enige Jiddische lied dat ik uit mijn hoofd kende. Het ontroerde hem. En vervolgens belde hij zijn eveneens joodse zwager op en moest ik over de telefoon het lied opnieuw zingen. Joden hebben gevoel voor melancholie.

De voortdurende strijd in Israël boeit ze doorgaans nauwelijks. Het zijn geen zionisten. Er werd zeer genuanceerd over de Israëlisch-Palestijnse zaak. Maar nu Ernesto werd opgeroepen, komt een strijd waar ze niets mee van doen hebben, ineens toch heel dichtbij. En voor het eerst dacht Ernesto er over na om samen met vrouw en kinderen Israël te verlaten en te verruilen voor Uruguay. Niet omwille van de Palestijnse raketten die hij, woonachtig vlak bij de gazastrook, dagelijks over zich heen krijgt, maar vanwege de Israëlische overheid die nu van hem vraagt om zijn leven te riskeren voor een militaire actie in Gaza.