De Brief

Breda, 19 juni 2011

‘Waarom sturen mensen eigenlijk nooit meer een brief?’, vroeg hij zich af. Via twitter. Ik vond het eigenlijk wel een intrigerende vraag. Want een brief is in essentie natuurlijk een gruwelijk mooi medium.

Rationeel gezien kon ik de antwoorden allemaal wel verzinnen. Brieven zijn traag. Ze doen er een dag over om aan te komen, nog eens een halve dag om gevonden en gelezen te worden en God weet hoe lang voor je er een antwoord op krijgt. We zijn te ongeduldig geworden voor brieven. Tegenwoordig moet alles meteen,. Directe bevrediging, dat willen mensen.

Ik ben dol op internet. Geen spontaan opgekomen vraag waarop Google en Wikipedia via een smartphone niet du moment een antwoord op kunnen leveren. De verwondering over vraagstelling heeft plaats gemaakt voor verwondering over de technologische capaciteit hierop direct een antwoord te produceren.

Wat we gaande op onze reis langs steeds verdergaande digitalisering een beetje zijn krijtgeraakt is ons geduld. Niet alleen het geduld om te wachten op een reactie. Nee, vooral ons geduld om een mooie brief op te stellen. Om na te denken over elke zin die je opschrijft. Om nog eens na te lezen, voordat je op enter drukt. De enter-toets is de postzegel van weleer.

Ergens heb ik nog een doos liggen met brieven. Brieven die ik ontving. Ik vraag me af of de afzender al mijn brievenb ook nog ergens heeft liggen. Penvrienden, mensen aan de andere kant van het land of de wereld, waarmee je brieven uitwisselt. Ik vraag me af of ze nog bestaan, mensen die elkaar om de pak ‘m beet drie weken een brief sturen. Ik vraag me af of ze nog aangevuld worden met vers materiaal, die schoenendozen met brieven.

Ik deed er opgeteld misschien wel vier uur over, maar ik heb het gedaan. Voor het eerst sinds jaren heb ik weer een echte brief gestuurd. Handgeschreven. Met vulpen. Het is een lesje nederigheid. Een les in geduld. Al dagen kijk ik elke ochtend op de mat om te kijken of er al een antwoord binnen is. De spanning is welhaast ondraaglijk.

Onderhandelingen (slot)

„Heeft de gemeente eigenlijk haar eigen twitter-account?”, vroeg VVD-onderhandelaar Klaas Dijkhoff ergens gedurende het onderhandelingsproces. Het werd nagevraagd bij het ambtelijk apparaat. Het antwoord was ‘ja’.

We hadden de vraag zorgvuldiger moeten formuleren. Want hoewel de gemeente inderdaad wel een eigen twitter-account had, luisterde deze niet naar de naam @Breda, maar naar het aanzienlijk minder sexy klinkende @Gemeente_Breda. De twitter-account @Breda was in handen van een Ierse schoonheidsspecialiste die luisterde naar de naam Breda O’Neil.

Navraag bij mevrouw O’Neil leerde dat zij best bereid was om haar account af te staan. Een actief twitteraar was het, met een historie van 0 tweets, ook niet. Ze was alleen het wachtwoord, dat ze ooit had ingesteld, al lang vergeten. Net zoals ze inmiddels ook al niet meer het e-mailadres had, waarmee ze destijds de account had geopend. Geen goed uitgangspunt voor een snelle overdracht van de account.

En zo geschiedde het dat we op 2 April, Goede Vrijdag, de stad een accoord presenteerden met de naam @Breda, zonder dat we de bijbehorende twitter-account in bezit hadden. Enigszins pijnlijk was dat wel, alhoewel de nieuwe coalitie alle flauwe grappen over Ierse schoonheidsspecialisten gelukkig bespaard bleef.

Vorige week kwam eindelijk het verlossende bericht: de overdracht was alsnog gelukt. Nu nog een strategie van de nieuwe coalitie om deze account te gaan gebruiken als één van de manieren om te communiceren met de stad.

De Twee-punt-nuller – za 15 aug. 2009

Facebook
Facebook

Waarom zit je niet op Hyves, wordt mij wel eens gevraagd. Doorgaans door mensen die zelf wel op Hyves zitten. Ik heb daar drie redenen voor.

Hyves ziet er infantiel uit. Een pagina op Hyves is om de één of andere reden altijd een rommeltje. Qua vormgeving komen de makers van Hyves niet heel veel verder dan een slechte kopie van websites uit het begin van de jaren negentig. Zo bekeken valt het eigenlijk nog reuze mee dat er onderaan de site geen lichtkrant voorbij komt. En dan hoop ik dat ik ze op het Hyves hoofdkwartier nu niet op een idee gebracht heb.

Hyves is ook tergend langzaam. Ik heb van kenners begrepen dat niet alleen de vormgeving, maar ook de codering van een Hyves-pagina een rommeltje is. Een in de loop van de jaren uit de klauwen gegroeide opeenstapeling van regels met code, zonder dat iemand zich ooit heeft afgevraagd of dat misschien wat lichter kon. En dat komt het gebruikersgemak natuurlijk niet ten goede.

Tot slot vind ik Hyves geografisch te beperkt. Half Nederland zit weliswaar op Hyves, maar in de rest van de wereld eigenlijk vrijwel niemand. Een beetje een hippe twee-punt-nuller heeft zijn netwerk uitgestrekt tot buiten de landsgrenzen.

Ik kwam tot de slotsom dat ik er maar het beste aan deed een profiel op Facebook te openen. Snel, sober en stijlvol vormgegeven en vooral ook erg internationaal. En nu asjeblieft niet allemaal zeggen dat Facebook infantiel is en dat ik me beter had kunnen inschrijven op Linked In.

De Koffieverstrekker – zo 26 juli 2009

Dubbele espresso met Selçuk
Dubbele espresso met Selçuk

Onderweg naar de barbecue die Sebi, Perlita en Gijs gaven ter ere van het feit dat Gijs de huisgenoot van Sebi werd en Perla en Sebi weer gingen latten, klapte ik de computer open om in contact met de buitenwereld te blijven. Op twitter ontspon zich een gesprek tussen de tegenover het station van Den Bosch woonachtige collega Jeroen Steeman en Tom uit Eindhoven.

„Zo, espressoapparaat is weer helemaal ontkalkt en gepoetst. Kopje koffie iemand?”, twitterde @minitrue_nl. „Lekker” antwoordde @roadtotom, „kom je het brengen?”. „Gratis gebracht in regio NS-station ‘s-Hertogenbosch!”, liet @minitrue_nl weten.

Mooi, dacht ik, terwijl de trein zich vanaf het station van Tilburg verder bewoog in de richting van de provinciehoofdstad. „Ik sta zo op Den Bosch, over twintig minuten. Kom je mij een kopje brengen?” Toegegeven, daar had Jeroen niet op gerekend. Maar twintig minuten later stond ‘ie klaar met een verse espresso. En een fototoestel om het allemaal vast te leggen.

De Derde – zo 19 juli 2009

Gedekte tafel bij BW14
Gedekte tafel bij BW14

Ergens in de zomermaanden vindt het jaarlijks hoogtepunt voor bloggend Nederland plaats. Of, althans, voor de happy few die zich zo gelukkig mogen prijzen dat ze door René worden uitgenodigd om aan te zitten aan zijn rijkelijk gevulde eettafel.

Vorig jaar moest ik verstek laten gaan omdat ik op de bewuste datum op de festivalweide van Werchter onder de Belgische zon zat te genieten van een weergaloze affiche. Mijn aanwezigheid bleef toen beperkt tot een vooraf gemaakte videoboodschap, die René, zo hoorde ik later, ook nog eens in de verkeerde beeldverhouding had afgespeeld voor zijn gasten.

Op een gegeven moment leek het erop dat ik er dit jaar ook even niet bij was. Want alhoewel ik gewoon lijfelijk aan tafel zat, waren alle ogen en oren gespitst op mijn buurman. De ene na de andere vraag werd op hem afgevuurd. Wat wij dan precies hadden, hoe dat dan precies zat, wat hij voor me voelde en of dat allemaal wel kon voor een getrouwde man. Ik was, op alle fronten, derde persoon enkelvoud.

Even wilde ik nog uitroepen „hallo, ik ben er nog hoor”. Maar ik besloot mijn mond te houden. Ik was zelf eigenlijk ook wel benieuwd naar de antwoorden.

Bèta – za 9 mei 2009

Twitterradio
Twitterradio

Twitteren is allang niet meer alleen het de wereld ingooien van hetgeen je op dat moment aan het doen bent. Je kunt ook vertellen wat je voelt, wat je opvalt of, zoals sommigen, het achterelkaar zetten van schijnbaar willekeurige woorden zonder enige zichtbare betekenis.

Maar oude gewoonten blijken moeilijk uit te roeien. Want steeds vaker kan Twitter ook ineens een veredelde chatbox zijn. Met voor mij als voorlopig hoogtepunt deze zaterdag, met een Europees lijsttrekkersdebat via Politiek24 en de tweede – en ook meteen laatste – aflevering van het experimentele programma Twitterradio..

Toch nog best vermoeiend, al die interactieve communicatie. Met je ene oor luisteren naar het debat, of naar de radio, met een half oog kijken naar de streaming videobeelden vanuit het Europarlement, erop reageren en tegelijkertijd ook nog de overige reacties volgen met hashtag #gleu, #eu09 of #twitterradio.

Ik mag dan weliswaar vreselijk mijn best doen ontzettend 2.0 te zijn, ik behoor natuurlijk tot de laatste geboren en getogen 1.0-generatie.

Waar kan ik me aanmelden voor een upgrade?

Ontmoetingen – wo 6 mei 2009

Twitter
Twitter

Dankzij een werkende laptop en een UMTS-verbinding kon op de terugreis naar Breda vrolijk verder twitteren in de trein. Een dergelijk heuglijk feit meldt ik dan ook graag even via twitter.

„Dat is mijn trein!”, antwoordde Steve die naast blogger tegenwoordig ook een fanatiek twitteraar is. En binnen enkele minuten zat ‘ie naast me en spraken we vrolijk over ons werk.

Ooit werd gevreesd dat Internet de mensen af zou stompen, dat het ten koste zou gaan van de sociale contacten van mensen. Het is dezelfde angst die telkens de kop op steekt als er een nieuw communicatiemiddel geïntroduceerd wordt. Het tegenovergestelde blijkt echter waar.

Werelds – di 5 mei 2009

Het gaat tegenwoordig alleen maar om de vorm en niet om inhoud, wordt wel eens gezegd. Zeker in verkiezingstijd. Zelf ben ik van mening dat een goed uitgekozen vorm de boodschap juist enorm kan versterken. Soms zeggen beelden nu eenmaal meer dan woorden alleen.

Tijdens één van mijn virtuele wandelingen door het Internet kwam ik dit filmpje tegen. Wat een prachtig idee: dansend de wereld om. Een prachtig voorbeeld ook van hoe vorm toch inhoud kan hebben.

TWee.nul – week 10 2009

Twitter
Twitter

En toen begin er een nieuwe fase in mijn digitale leven. Ik ben meestal niet de eerste volger van elke nieuwe hype, maar deze 2.0-trend wil ik niet aan me voorbij laten gaan. Lieve mensen, sinds 4 maart wordt mijn leven ook ontsloten via Twitter. Het voordeel: op Twitter ben ik (www.twitter.com/selcuk_nl) altijd actueel.

„Na een korte vertraging nog redelijk op tijd in Den Haag. Ook weinig files, volgens de radio. Lang leve de crisis?” twitterde ik op woensdag 4 maart om 9.31 a.m. de wereld in. En iets later dat de helft van de lunchploeg lekkere kroketten verkoos boven de biologische. En liet ik twee dagen later weten dag erna op werkbezoek geweest te zijn bij het Open Erfgoeddepot in Den Bosch. Erg handig, dat getwitter, voor mensen die van plan zijn een aanslag op me te plegen. Of willen weten wanneer het zinvol is bij me in te breken.

Ik was net op tijd met mijn nieuwe stap in de wereld van deze Totalkommunikation. Zaterdag was namelijk het Europa-congres van GroenLinks met een heuse twittermuur. Alle berichten met de hashtag #GLEU werden op een groot scherm op het podium geprojecteerd. Experimentje.

Gelijktijdig werd er ook op het D’66-congres getwitterd. En twitterden de tweeps van GroenLinks en van D66 ook met en over elkaar. Alleen wisten de D66-tweeps aanvankelijk nog niet dat hun tweets over #GLEU plenair, door het gehele GroenLinks-congres te lezen waren. Andersom was dat overigens niet zo: bij D’66 durfden ze het nog niet aan de tweets ook te publiceren.

Het experiment verliep eigenlijk prima, ondanks de kleine vertraging op het scherm, totdat de twitteraars zich tegen de kandidaten voor de Europese lijst gingen keren. Alle mensen die voor de kopplaatsen gingen, mochten zich in drie minuten presenteren aan het congres. Dat duurt lang, gezien het forse aantal kandidaten en is ook vreselijk saai, gezien de gebrekkige presentatievaardigheid van een aantal van deze kandidaten. En met excuus, daar heeft de moderne 2.0-generatie natuurlijk geen zin in.

Homo Innovans – do 11 dec. 2008

Het was even wennen, de nieuwe versie van WordPress die vanaf deze dag mijn weblog bij elkaar probeert te houden.

Iets dat overigens niet vanzelfsprekend is. Al is het maar vanwege de plugins, die niet allemaal vlekkeloos meer werken. Of geheel niet, in enkele gevallen.

Je kunt natuurlijk ook gewoon niet upgraden. Maar ja, een blogger wil natuurlijk wel een beetje bij blijven. Toch?

Alhoewel die laatste opmerking natuurlijk een schot voor open doel is. Kom maar op.