Beeldvorming (4) – do 16 juni 2005

Enkele maanden geleden werd ik door Dwars, de groenlinkse jongerenorganisatie gevraagd om zitting te nemen in de kandidatencommissie voor de jongerenfractie. Gevleid als ik was zei ik ‘ja’. Dat is een gevaarlijk antwoord als je agenda toch al veel gelijkenis vertoont met een springvloed

Het enige ‘geluk’ was dat het aantal kandidaten op zich in twee sessies afgewerkt kon worden. Geluk tussen aanhalingstekens, wat Dwars is zelf natuurlijk gebaat bij een overvloed aan aanmeldingen. Nadat we anderhalve week eerder (zie weblog di 7 juni 2005) de eerste sessie hadden gehad, gingen Roel en ik aan de tweede lading verder. Enigszins gemankeerd, omdat een derde collega-kandidatencommissielid vanwege andere politieke activiteiten moest afzeggen.

Aangezien het congres al meteen het opvolgende weekeinde gehouden zou worden, moesten we erg snel zijn met onze adviezen. Een goede taakverdeling en een prettige verstandhouding maakte dat alles efficiënt verliep en tijdig klaar was. Waarmee maar weer eens bewezen is dat een goed team minstens net zo belangrijk is als goede individuen. Hopelijk dat onze adviezen als kandidatencommissie ook daartoe zullen leiden.

Beeldvorming (2) – di 7 juni 2005

Gemeentepolitiek is in het gunstigste geval een parttime baan. De rest maakt het zich er met nog minder uren in de week vanaf. Sinds ik daarnaast ook lid ben van het algemeen bestuur van GroenLinks, is de tijd die ik aan de politiek besteed, aanzienlijk toegenomen. Deels komt dat omdat ik zo moeilijk nee kan zeggen.

Wanneer mensen mij persoonlijk vragen iets te doen, zeg ik bijna automatisch ja. Zeker toen Dwars, de jongerenorganisatie van GroenLinks, mij vroeg of ik in de kandidatencommissie voor de jongerenfractie wilde gaan zitten. Zo’n plek in de kandidatencommissie zet je niet op je CV, je bouwt er ook geen carrière mee en je aanzien neemt er ook niet mee toe. Toch is het een eervolle en belangrijke taak en dus antwoord ik ‘ja’.

De kater komt later, want het kost alles bij elkaar toch nogal wat tijd. Dat merkte ik deze middag, toen we maar liefst vijf kandidaten op ‘sollicitatiegesprek’ hadden. Arend, Roel en ik waren eerder al bij elkaar gekomen om af te spreken hoe we die sollicitatiegesprekken zouden voeren. Uiteindelijk leek een uur per kandidaat ons voldoende om een goed beeld te vormen. Het bleek uiteindelijk nog bijna tekort.

Als kandidatencommissie moet je streng en kritisch zijn. Je wilt immers de beste kandidaten voor de beschikbare posten. Maar je wilt ook aardig zijn tegenover elke persoon. Soms is dat lastig. We hebben het de kandidaten dan ook niet makkelijk gemaakt. Het was wel grappig om te merken dat we al heel snel onze eigen rol vonden. De ene gaat een kritische discussie aan, terwijl de andere de verdiepende vragen stelt. Mooi, als drie mensen die nog nooit hebben samengewerkt zo’n aanvullend team vormen. Zonder arrogant te willen klinken, ik vind ons best een goed team.

Grappig. Over een tijdje moet ik zelf weer voor een kandidatencommissie verschijnen. Het gaat dan om de gemeenteraadsverkiezingen, waarvoor ik me als lijsttrekker beschikbaar heb gesteld. En je weet nooit wat voor team je dan zelf tegenover je zult treffen. Op sollicitaties kun je je nooit helemaal goed voorbereiden.