Ik dacht aanvankelijk dat de trein van een half uur eerder was uitgevallen, zo druk was het. Halverwege de rit drong het pas tot me door: al deze mensen waren in Den Haag om een glimp van de Gouden Koets op te vangen. Prinsjesdagjesmensen.
Zelf had ik de gelegenheid om in de Ridderzaal te mogen zitten om naar de Koningin te luisteren, aan me voorbij laten gaan. Om anderhalf uur te gaan zitten wachten om daarna te kunnen luisteren naar het product van een slechte speechwriter is niet bepaald mijn kopje thee. Daarnaast, zo dacht ik, zullen er vast anderen zijn die liever in de Ridderzaal gaan zitten. Mijn interese gaat nu eenmaal meer uit naar andere queens.
De hectiek in de kamer was enorm. Rondleidingen, tv-ploegen, er heerste een ware buzz. Ook bij ons, aangezien wij bezoek kregen van jongeren uit Den Bosch, die zich daar bezig houden met de problematiek rond stageplaatsen. En ook omdat we als GroenLinks ook een kleine actie hadden gepland. Het uitdelen van blikjes energy-drink aan de mensen langs de kant.
Waarom: omdat we het moe zijn. Drie kabinetten Balkenende is genoeg. Met voldoende blikjes redden we het nog net tot 22 november, maar dan moet het toch onderhand wel afgelopen zijn. Vol enthousiasme deelden we de blikjes uit. En het publiek langs de klant van de weg nam het dankbaar in ontvangst. Althans, totdat de koets voorbij kwam. Dat vonden ze nog net interessanter. Geef ze ‘ns ongelijk. Op die ene glimp hebben ze al uren zitten wachten.
En prins Maurits? Was die er ook, prins Maurits?
[sÇ: huh?]
Da’s de knapste van het hele stel, prins Maurits. Toch? Was ie d’r? Maurits?
[sÇ: Huh??]
Kennelijk vindt het volk Balkenende juist weer steeds leuker.
[sÇ: ik kan ook erg om hem lachen]