Het was opvallend druk op het terras de Boulevard. Ik kon nog net een stoel voor mezelf claimen toen ik rond kwart over acht een vegetarische maaltijd voor mezelf wilde bestellen.
Wat is dat toch met de Boulevard? Of beter gezegd, wat is het met het terras van de Boulevard. Sinds het rookverbod is ingevoerd, zit er bij droog weer geen klant meer binnen.
Het moet wel de tegenoverliggende Antoniuskerk zijn, of tegenwoordig zelfs Cathedraal aangezien de bisschop er zetelt. Zeker niet de lelijkste van alle waterstaatskerken die in de negentiende eeuw overal in Nederland verrezen. En voorzien van een Maria die minzaam op ons neerkijkt.
Het zal de goddelijke goedkeuring zijn. De spirituele verheffing die we genieten als we proosten met onze zoveelste Hoegaarden, DAB of Leffe. De hemelse bescherming bij het opsteken van de volgende peuk.
We zitten op het terras van de Boulevard. En God zag dat het goed was.
Proost! en amen….
[sÇ: halleluja.]
Wellicht is het gewoon lekker weer?
[sÇ: gods barmhartigheid kent geen grenzen.]
De kroeg tegenover de kerk. Gelukkig blijft Breda af en toe nog gewoon een dorp.
[sÇ: zeg nu zelf, wat is een kroeg zonder kerk?]