Nog even twijfelde ik of ik niet af moest zeggen. Het schrijven van mijn paper drukt zwaar op mijn gemoed, en zeker ook op mijn beschikbare tijd. Desondanks besloot ik mee te gaan op werkbezoek naar het Europees Parlement in Brussel.
Maar loslaten kon ik de opdracht niet. En dus propte ik mijn weekeindtas, naast twee paar sokken, twee onderbroeken en een toilettas, vooral vol met de meest belangrijke naslagwerken en een laptop. Je zal maar even een uurtje niets te doen hebben en dan toch je werk niet bij je hebben.
En zo vertrok de raad maandagavond in een bus naar Brussel. Vierentwintig raadsleden die met elkaar lopen te kleppen, en één die tijdens de reis alleen maar leest een aantekeningen maakt. En ondertussen zit te smachten naar een sigaret, omdat zijn werkplek op het wetenschappelijk bureau, in tegenstelling tot deze bus, wèl een asbak kent. Drie keer raden wie die persoon was.
Alleen is die foto wel van Straatsburg….
[sÇ: ik had ook zo maar even snel iets bij elkaar gegoogled.]
Klein detail: Die mooie foto van het Europees Parlement is van die ene in Straatsburg. En die willen we graag zo snel mogelijk afschaffen.
[sÇ: zonde, architectonisch is het best een mooi gebouw verder.]
Als sigaren ook meetellen: André Lips?
[sÇ: die ging niet mee.]