Toegegeven, ik kan best aardig koken, maar briljant wil ik het nu ook weer niet noemen. Grootste makke is sowieso de timing. Ik begin te laat, niets is tegelijkertijd klaar en ondertussen zit het bezoek maar te wachten.
Nog zoiets. Ik maak ook eigenlijk altijd teveel. Een handicap die ik van m’n moeder heb. Toen jaren terug mijn broer uit huis ging en ik nog alleen bij ons moeder woonde, werden de hoeveelheden avondeten dan ook niet significant minder. En ook: af en toe brand er iets aan. Slechts een klein beetje weliswaar, maar toch.
Waarom mensen het zich desondanks telkens weer aandoen om bij mij te komen eten, is dan ook een raadsel. Maar toch, ze doen het. Het is een wonder.