Homo Stomachosus – ma 23 apr. 2007

interieur ICK

Vrolijk stapte ik om negen minuten over zes in de eerste trein naar Den Haag. De coupé van het oude, Duitse treinstel was schoon en leeg. Ik zette het raam open en snoof de dag op.

Zoals gebruikelijk ging ik zitten op de stoel bij het raam, achteruitreizend en vouwde mijn krant open. Op de stoel tegenover me zette ik, bij wijze van ontmoedigingsbeleid, mijn tas weg. In Dordrecht stapte een man de coupé binnen. Hij ging zitten bij het gangpad, vooruitreizend. Ik vouwde de hoek van mijn krant naar beneden, wenste hem een goede morgen, en las verder.

“Mag het raam dicht”, vroeg hij toen de trein aanstalte maakte om te vertrekken. ‘Pardon’, dacht ik nog even, geërgerd, maar beleefd deed ik het raam dicht. De man vertelde nog dat hij vorige week ziek was geweest en niet zat te wachten op een nieuwe verkoudheid, maar ik was al niet meer geïnteresseerd in zijn smoesjes.

In Rotterdam stapte een derde persoon de coupé binnen. Een dame met veel tassen en een pak dat nog het meest leek op dat van een Stewardess. Van de vier overgebleven lege stoelen in de zes-persoonscoupé besloot ze uitgerekend tegenover me te gaan zitten. “Kunt U Uw tas daar misschien weghalen”, vroeg ze. “Op die plek kan ik namelijk schrijven.” Ze heeft de hele reis geen letter op papier gezet, maar studeerde wel in haar Bijbel.

Iets na kwart over zeven kwam ik aan op de Tweede Kamer. Getergd begon ik aan mijn werkweek.

Auteur:

Dutch local politician for the environmentalist party GroenLinks, tends to be serious at times but usually has a slightly absurd and overall happy and sunny mental disposition.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *