Wederom werd ik ‘s ochtends wakker, een geruststellende gedachte voor mensen die nog niet dood willen. Namens GroenLinks mocht ik een aantal gasten ontvangen voor het gospelconcert van Brenda Boykin in de Grote Kerk en dat begon met een brunch-buffet.
‘s Middags op het Sas-plein aandachtig geluisterd naar de Duitse trompettist Herbert Christ, die samen met gitarist Peter Kanters en contrabassist Karel Algoed een ingetogen, subtiele set speelde. Een erg vriendelijke en voorkomende man trouwens, die ergens halverwege de tweede set met zijn trompet naar een kinderwagen liep en vervolgens welhaast fluisterend zijn trompetklanken de kinderwagen instuurde. Klasse.
Op het ponton voor het Spanjaarsgat zong Brenda Boykin nog een keertje. Nu geen gospels, maar stevige bluesrock. Iets te heftig, vond ik op dat moment. Dus liep ik al vast door naar de Spiegeltent voor de afsluitingsceremonie.
Om half acht moest ik bij de dodenherdenking zijn om namens GroenLinks een bloemstuk te leggen, maar om negen uur was ik al weer bij de afterparty, waar de Pete Allen Jazz Band de laatste noten van het festival liet klinken. Mijn buurman nog een witte wijn, ik nog een biertje en zo samen de nacht in. We moeten nog bijna dertien maanden wachten op het volgende festival.