Ik herinner me een scene uit de serie 21 Jumpstreet waarin Johnny Depp infiltreert bij een groep randjongeren. Zittend op een bank in het park, of misschien aan een haven, de exacte details ontbreken na al die jaren, bedenken ze hoe ze het liefst hadden geheten. ‘Tober’, antwoordt Depp. ‘Omdat oktober een deprimerende maand is waarin de bladeren van de bomen vallen’.
Ik heb een op zijn minst ambivalente houding tegenover oktober. September biedt nog enige hoop op een mooie nazomer. In oktober is alle hoop vervlogen. Het wordt nooit meer zomer. Soms, misschien, houdt oktober je even voor de gek. Maar zelfs als er al een zonnige dag is, en het lijkt er voorlopig niet op, dan wordt het ‘s avonds al weer bitterkoud. Oktober steekt de draak met ons.
November is daar ten minste duidelijk over. November pretendeert niet te zijn wat het toch niet is. November is eerlijk: de voorbode van de winter. Oktober niet. Oktober neemt een loopje met ons. Herinnert ons soms even aan de mooie tijd achter ons, maar maakt zijn belofte nooit waar.
Oktober is de maand waarbij ik vroeger nog wel eens in mijn herfstdipje terecht kwam. Daar heb ik de laatste jaren niet echt last meer van. Maar helemaal goed zal het nooit komen tussen mij en oktober. Daarvoor is er in het verleden al te veel misgegaan tussen ons.
Oktober deprimerend? Dat kun je dit jaar toch niet echt volhouden. Nee, dan november, december en januari – ’n goede tijd om de hand aan jezelf te slaan, dunkt me.
[sÇ: wacht maar tot morgen.]
Op de vraag hoe hij graag geheten had, antwoordde Ronnie Tober ‘Depp’. Het is een rare wereld…
[sÇ: een wereld waarin ronnie tober kan bestaan is per definitie een rare wereld.]
lol @ Orkun!!
[sÇ: zelfs ’s moeder vond mijn broer weer eens grappiger dan mijzelf.]
In ieder geval doet het je denken aan 21 Jumpstreet. Dat vind ik al wel een eerste positief resultaat.
[sÇ: och, jeugdsentiment.]