Ik had een onverwachte vrije dag. Ik was aanvankelijk van plan om deze vrijdag in Utrecht nog wat te werken. Maar aangezien ik mijn portemonnee de avond ervoor was verloren, kon ik nergens heen.
Nu had dit allemaal heel dramatisch af kunnen lopen. Want los van de vijftig euro contant bevatte de portemonnee ook mijn NS-jaarkaart, twee bankpassen, een creditcard en toegangspassen van diverse gebouwen. De portemonnee in kwestie was echter teruggevonden door de barman, die me na sluitingstijd per SMS verwittigde van het feit dat ik het ding 1) kwijt was en dat het 2) weer was gevonden, nog voordat ik zelf wist dat ik ‘m kwijt was. Daar kwam ik de volgende ochtend bij lezing van de sms immers pas achter.
Aangezien de Boulevard pas om vier uur ‘s middags open gaat, besloot ik zo goed en zo kwaad als het ging thuis maar te werken. Ik moest nog wat voorbereidingen doen voor een actie bij Natuur en Milieu. Om vervolgens ‘s avonds, in dezelfde kroeg waar ik de portemonnee verloren was en ik hem enkele uren eerder had opgehaald, op klein beeldscherm en zonder geluid de wedstrijd tussen Kroatië en Turkije te zien. Waarvan uiteindelijk vooral het laatste kwartier de moeite waard was.
Voor de orde: ik heb niet meegetoeterd.
Zijn barmannen dan toch de eerlijkste mensen van deze wereld?
[sÇ: terecht. ik betaal hun loon.]
En was ie ook leuk?
[sÇ: de barman is schrijver en acteur. misschien iets voor jou?]
@ sÇ: klinkt goed.