Homo Audiens – vr 9 febr. 2007

Kadernota-Hoorzitting in 2005

De behandeling van de kadernota wordt in Breda altijd voorafgegaan door een hoorzitting. Maatschappelijke organisaties, wijk- en dorpsraden krijgen dan tien minuten de tijd om hun wensen en ongenoegens kenbaar te maken.

De kadernota is het document waarin in hoofdlijnen wordt aangegeven hoe in het komend jaar de financiën verdeeld zullen worden. Wie ergens nieuw geld voor wil hebben, moet dus bij de hoorzitting komen inspreken. Dat stelt de politiek voor een dilemma: er zijn altijd aanmerkelijk meer wensen dan dat er geld beschikbaar is.

Vanwege de overweldigende belangstelling was de aanvangstijd van 15.00 uur met een uur vervroegd. Daar had ik helaas geen rekening mee gehouden, en kwam dus pas om drie uur binnen. Maar aangezien er een schriftelijk verslag volgt en de hele zitting ook nog herhaald wordt op de lokale televisie, kan ik dat wat ik gemist heb, nog makkelijk terugzien.

De setting van de hoorzitting is een nogal formele. Een carré-opstelling, waarbij burgemeester en griffier aan het hoofd zitten en aan weerszijden de raadsleden. Aan de overzijde mogen dan telkens de vertegenwoordigers van de organisaties plaatsnemen om hun verhaal te doen. De raadsleden hebben de gelegenheid om enkele korte aanvullende vragen te stellen aan de insprekers, maar meer ook niet. Ik kan me niet anders voorstellen dan dat zowel insprekers als raadsleden het een vreselijk saaie bijeenkomst vinden. Een kijkcijferkanon heeft de lokale omroep hier in ieder geval niet mee in handen.

Mijn late aankomst had één voordeel. Ik kon tussen de burgers gaan zitten. Ik houd namelijk helemaal niet van die formele gang van zaken. Wat mij betreft gaan we het volgend jaar dan ook anders doen. Geen plenaire bijeenkomst meer, maar een soort speeddate-bijeenkomst met raadsleden. Interactief met elkaar praten over de wensen en verlangens, in plaats van geformaliseerd eenrichtingsverkeer. En dan kunnen de raadsleden ook gewoon ‘nee’ zeggen, wanneer iets geen prioriteit heeft. Dan weten de insprekers ook gelijk waar ze aan toe zijn.

Politiek is keuzes maken, vooral als het op geld aankomt. Dat kun je beter open en transparant doen, dan in een ouderwetse formule die afstand schept. Weg met de hoorzitting.

Hoorzitting – vr 9 juni 2006

Het raadswerk in Breda kent twee jaarlijkse hoogtepunten. Eén ervan is de hoorzitting voor wijk- en buurtorganisaties die voorafgaande aan de kadernota wordt gehouden. Op een zonovergoten vrijdagmiddag zaten wij binnen in de Fazanterie in Ulvenhout. Om het geheel nog wat erger te maken schenen in ons gezicht de warme filmlampen van de lokale omroep, die het geheel registreerde voor integrale uitzending op tv.

Er zijn altijd meer wensen dan dat er geld beschikbaar is, zo gaat dat nu eenmaal. gelukkig hadden de dorps- en wijkraden veel waardering voor het nieuwe college. En dat we niet alle wensen in vervulling konden laten gaan, wilden de wijk- en dorpsraden ook nog wel begrijpen. Wat ze wel wilden was duidelijkheid: als het dit jaar niet kan, wanneer dan wel?

Op 20 en 22 juni is de behandeling van de adernota in de gemeenteraad. Benieuwd of de insprekers hun ingebrachte aandachtspunten dan nog herkennen. Wat mij betreft wel.

Hoorzitting – vr 20 mei 2005

De gemeentelijke Kadernota met daarin het beleid voor 2006 wordt binnenkort behandeld. In Breda betekent dit dat de burgers hun wensen en verlangens voor het komende jaar uit de doeken mogen doen in een speciale hoorzitting. Wie denkt dat dat een saaie bijeenkomst is met zeurende burgers heeft voor ongelijk.

Je hebt klagers en klagers. De belangenvertegenwoordigers die op de hoorzitting afkwamen waren, hadden inderdaad nogal wat wensen en aanmerkingen op het gemeentelijk beleid. Maar zeuren was het niet. In tegendeel, veel van de dingen op de wensenlijstjes van de diverse sprekers, vond ik niet meer dan normaal.

Of we aan alle wensen ook tegemoet kunnen komen, is een tweede. Want politiek is keuzes maken. En hoewel raadslid André Lips de eerste was om te zeggen dat Gemeenschapshuis De Koe nu onderhand maar eens rap moest worden uitgebreid, heb ik daar nog wel wat kanttekeningen bij. Want ik ken buurthuizen in andere wijken die harder aan een opknapbeurt toe zijn. En politiek is nu eenmaal keuzes maken, zeker wanneer de bomen even niet meer tot aan de hemel groeien.

En dan kies ik in eerste instantie voor de kwetsbare buurten, de wijken die het het hardste nodig hebben. Dat is bij sommige insprekers misschien geen populaire boodschap, maar het is wel eerlijk. Dus men moet niet verbaasd staan te kijken als ik het jeugdhonk in de Haagse Beemden of de bestrating in het Westeinde belangrijker vind dan het uit zijn jasje gegroeide gemeenschapshuis in Princenhage.