De donderdag is vaak een tamelijk drukke dag in de Tweede Kamer.Als je dan ook een raadsvergadering hebt, is het zaak om uiterlijk de trein van 18.21 uur naar Breda te halen om zo nog net bijtijds de vergadering in te stappen. Ontbindende voorwaarde is dan wel dat de Spoorwegen een beetje meewerken.
Zo niet deze donderdag. De passagiers werd vriendelijk verzocht om vanuit Den Haag via Utrecht naar Breda te reizen. Alleen treinreizigers en mensen die vroeger nog ouderwets fatsoenlijk topografielessen hebben genoten, weten wat voor omweg dat is. Beter stapte ik in een taxi.
Het nadeel van een taxi ten opzichte van een trein is dat je, simpelweg uit fatsoen, een praatje moet maken met de chauffeur. Tweede nadeel is dat je in een auto niet fatsoenlijk kunt schrijven. Mijn aanvankelijke plan om nog een enigszins fatsoenlijke inleiding voor mijn mondelinge vragen op te stellen, viel om deze redenen volstrekt in duigen.
Wonder boven wonder arriveerde ik dankzij het totale gebrek aan files nog net op tijd ik in de raadszaal om vervolgens op nogal stuntelige wijze de vragen voor het vragenuur in te leiden. Op een lege maag, zo benadruk ik ook nog eens. De sushi van de appie-to-go die ik op dit soort donderdagen op het station van aankomst nog even aanschaf, werden me door de veroordeling tot een taxi ook nog eens door de neus geboord.
Voor een treinreiziger is er nu eenmaal weinig comfortabel aan een taxi.