Studentenfeestjes? Cocktails? Zonder mij? Tuurlijk niet.
En dus besloot ik rond een uurtje of negen toch nog maar even de trein naar Delft te pakken. Het voormalige studentenhuis van Jaap had hun jaarlijkse cocktailfeestje en ik had mijn stoute schoenen aangetrokken en besloot mezelf maar eens uit te nodigen.
Gewapend met een flesje absynthe, wist ik me verzekerd van een entreekaartje. En aangezien kennelijk niemand gedacht had aan deze eerste drank van het alfabet, was het een welkome aanvulling op de mix-tafel. Niets maakt je meer populair dan een goed gekozen fles drank.
Nu is het nadeel van zoete drankjes dat je niet zo snel in de gaten hebt dat je dronken aan het worden bent. Aan de andere kant, is dat niet het ultieme doel van een cocktailfeestje. Rokend en drinkend tartten we het noodlot en liepen we met open ogen onze opdoemende delirium tegemoet.
Ik geloof dat het een uurtje of vijf ‘s ochtends was toen het nachtnet me, in slaap gewiegd, afleverde in Breda. Met een korter koppie. Enkele uren eerder had iemand bedacht dat mijn hanekam hem niet aanstond. Gewillig liet ik met een botte schaar mijn kapsel kortwieken.
Dronkenschap, zoiets dient men vol overgave te ondergaan.
Ben je nog wel ’n beetje toonbaar?
[sÇ: gewoon een kort koppie, net als vroeger.]
Ik neem aan dat een aardbeienmilkshake bij jou niet onder de dranken valt.
[sÇ: que?]
Eerste drankje van het alfabet.
[sÇ: zit daar drank in dan?]
aalbessenlikeur dan?
[sÇ: van alle drank die ik in mijn leven al op heb, hoort deze er hoe dan ook niet bij.]
of aalbessenjenever…
[sÇ: tuurlijk, waarom niet. bestaat er ook aalbessenbier?]