Collega Rogier en ik zaten in overdrive. Na het eten werkten we nog een paar uur door. Tot elf uur, was aanvankelijk de bedoeling. Dat werd twaalf uur. En dat, op zijn beurt, werd nog veel later.
Toen we ver na twaalven het onszelf al zo lang beloofde biertje namen, en daarna nog een, misten we de nachtnettrein van twee voor twee naar Rotterdam. Althans, dat realiseerden we toen ik Rogier in de lift van het kamergebouw droogjes meedeelde dat we nooit binnen vijf minuten op centraal zouden zijn. En toen kwam onze briljante ingeving.
En dus liepen we terug naar onze werkplekken, trokken een fles wijn open en tikten we vol energie door tot een uur of half zeven. Althans, Rogier. Ergens rond half zes ben ik halverwege een zin in slaap gevallen. ‘Sommige mensen zijn best …’ luidde de onafgemaakte zin op het beeldscherm.
Om half zeven waren we klaar. Althans, we waren op. Rogier ging naar huis, ik verkoos het bed in de rustkamer van de fractie. Vier uur later verscheen ik weer op mijn werk.
Waar we mee bezig waren? Ssst. Daar mag ik nog niets over zeggen. Het moet nog worden goedgekeurd.
Zo druk dat Rogier amper tijd heeft om z’n weblog bij te houden ;)
[sÇ: hij is zijn link onwaardig]
Sommige mensen zijn best – anderen zijn beter?
[sÇ: ik weet het echt niet meer.]