De Gloeilamp – wo 2 sept. 2009

 

Gloeilamp
Gloeilamp

 

Het is dan toch nog zover gekomen. Sinds gisteren is de gloeilamp verboden. Althans, de variant die 100 watt verbruikt. Of een venstertje heeft. Of mat glas.

Ik vind het één van de meest abjecte verboden van de laatste tijd. Ik ergerde al flink aan het betuttelende rookverbod, maar het gloeilampenverbod slaat werkelijk alles. En onverteerbaarder nog, de wetgeving komt uit het door mij doorgaans zo geliefde Europa.

Veelal worden impopulaire maatregelen onterecht aan Europa toegeschreven. Zo is Europa er bijvoorbeeld helemaal niet op uit om er in Nederland een coffeeshop-verbod doorheen te jagen. Maar dit maal is het toch echt Europa geweest die het continent-wijde verbod er in een achternamiddag doorheen heeft gejast. Weliswaar na een succesvolle Duits-Nederlandse lobby, maar toch.

Waar ik me bij het verbod aan stoor is het feit dat de overheid nu toch echt letterlijk mijn huiskamer is doorgedrongen. Straks, als in 2012 zelfs geen simpel 15 watt-lampje meer is te verkrijgen, ben ik gedoemd om spaarlampen in mijn klassieke armatuur van marmer en koper te draaien. En zeg nu zelf, dat past toch niet.

Mijn halve huis hangt vol met spaarlampen. In de gang hangt een led-lamp, net als in mijn slaapkamer. De badkamer en het toilet zijn voorzien van spaarlampen en in mijn keuken hangt een halogeenlamp. Die bespaart ten opzichte van een gloeilamp wellicht niet heel veel meer electriciteit, maar daar krijg ik dan ook wel een volle bak licht voor terug. Toch handig, bij het koken.

Maar mijn huiskamer, daar wil ik al die ondingen niet. In mijn huiskamer wil ik gezellig licht. En dus hangt daar dat potsierlijke armatuur met zes vijftien-wat kaarslampjes met een goudcoating eroverheen. Het licht in mijn huiskamer is van een warmte die men sinds de jaren zeventig in weinig huiskamers meer tegenkomt. Het is welde, het is genot. En het wordt me afgenomen.

Onder het mom van een beter milieu is ons een belachelijke maatregel door de neus geboord. Had de gloeilamp zes keer zo duur gemaakt. Duurder nog dan de vrijwel onbetaalbare ledlamp. Dan had iedereen de keuze gehad in ieder geval dat ene bastion, de huiskamer, nog sfeervol te verlichten. Maar nee, het moest zo nodig weer verboden worden.

En dat brengt ons tot de snoeiharde waarheid dat het een ieder in dit land vrij staat om dagelijks drie kwartier onder de douche te staan, de verwarming continu aan te laten staan of een energieverslindende droger te hebben gebruiken, maar de aankoop van een simpele, onschuldige gloeilamp van 15 watt ineens een grotesk criminele daad is.

Thomas Alfa Edison zou zich omdraaien in zijn graf.

De Gloeilamp – wo 2 sept. 2009

 

Het is dan toch nog zover gekomen. Sinds gisteren is de gloeilamp verboden. Althans, de variant die 100 watt verbruikt. Of een venstertje heeft. Of mat glas.

Ik vind het één van de meest abjecte verboden van de laatste tijd. Ik ergerde al flink aan het betuttelende rookverbod, maar het gloeilampenverbod slaat werkelijk alles. En onverteerbaarder nog, de wetgeving komt uit het door mij doorgaans zo geliefde Europa.

Veelal worden impopulaire maatregelen onterecht aan Europa toegeschreven. Zo is Europa er bijvoorbeeld helemaal niet op uit om er in Nederland een coffeeshop-verbod doorheen te jagen. Maar dit maal is het toch echt Europa geweest die het continent-wijde verbod er in een achternamiddag doorheen heeft gejast. Weliswaar na een succesvolle Duits-Nederlandse lobby, maar toch.

Waar ik me bij het verbod aan stoor is het feit dat de overheid nu toch echt letterlijk mijn huiskamer is doorgedrongen. Straks, als in 2012 zelfs geen simpel 15 watt-lampje meer is te verkrijgen, ben ik gedoemd om spaarlampen in mijn klassieke armatuur van marmer en koper te draaien. En zeg nu zelf, dat past toch niet.

Mijn halve huis hangt vol met spaarlampen. In de gang hangt een led-lamp, net als in mijn slaapkamer. De badkamer en het toilet zijn voorzien van spaarlampen en in mijn keuken hangt een halogeenlamp. Die bespaart ten opzichte van een gloeilamp wellicht niet heel veel meer electriciteit, maar daar krijg ik dan ook wel een volle bak licht voor terug. Toch handig, bij het koken.

Maar mijn huiskamer, daar wil ik al die ondingen niet. In mijn huiskamer wil ik gezellig licht. En dus hangt daar dat potsierlijke armatuur met zes vijftien-wat kaarslampjes met een goudcoating eroverheen. Het licht in mijn huiskamer is van een warmte die men sinds de jaren zeventig in weinig huiskamers meer tegenkomt. Het is welde, het is genot. En het wordt me afgenomen.

Onder het mom van een beter milieu is ons een belachelijke maatregel door de neus geboord. Had de gloeilamp zes keer zo duur gemaakt. Duurder nog dan de vrijwel onbetaalbare ledlamp. Dan had iedereen de keuze gehad in ieder geval dat ene bastion, de huiskamer, nog sfeervol te verlichten. Maar nee, het moest zo nodig weer verboden worden.

En dat brengt ons tot de snoeiharde waarheid dat het een ieder in dit land vrij staat om dagelijks drie kwartier onder de douche te staan, de verwarming continu aan te laten staan of een energieverslindende droger te hebben gebruiken, maar de aankoop van een simpele, onschuldige gloeilamp van 15 watt ineens een grotesk criminele daad is.

Thomas Alfa Edison zou zich omdraaien in zijn graf.

– do 17 sept. 2009

Of het nu de Schipholbrand is, de aanslag tijdens Koninginnedag, het gecrashte vliegtuig van Turkish Airlines of onlangs nog de rellen in Hoek van Holland, in alle gevallen heeft het vijf jaar geleden ingevoerde communicatiesysteem voor de hulpdiensten, C2000, gefaald. Dat terwijl juist bij calamiteiten, communicatie tussen de verschillende hulpdiensten, essentieel is.

Grofweg zijn er, vooralsnog, drie problemen aan te wijzen rond C2000. Allereerst valt in gebouwen of in druk bebouwde omgeving de verbinding van de portofoons of mobilofoons regelmatig weg. Ten tweede blijken de digitale masten die gebruikt worden voor C2000 de grote behoefte aan communicatie tussen hulpdiensten vaak niet aan te kunnen. Dit geldt met name in gebieden met een lage dekkingsgraad. Ten derde blijkt C2000 ook nog ‘weggedrukt’ te kunnen worden door ander gebruik van communicatieapparatuur, zoals mobiele telefonie. Tot slot blijkt het systeem dermate complex, dat er ‘verkeerd gebruik’ zou worden gemaakt van de mogelijkheden. Juist tijdens calamiteiten zou het systeem nodeloos omslachtig zijn in het gebruik?

Het is aannemelijk dat problemen die zich elders hebben gemanifesteerd, zich ook in Breda kunnen voordoen of wellicht al hebben gedaan. GroenLinks snapt eerlijk gezegd dan ook niet dat de rijksoverheid een dergelijk onvolkomen systeem op grote schaal heeft doorgevoerd. Ook in Breda is er een zeker risico op calamiteiten, bijvoorbeeld door het vervoer van gevaarlijke stoffen over de Brabantroute, de ingebruikname van de Hoge Snelheidslijn of vliegbeweginge van en naar vliegbasis Gilze-Rijen. Hoewel deze risico’s klein zijn, wil GroenLinks er zeker van zijn dat in het geval van calamiteiten een adequaat communicatiesysteem voor handen is. Zolang C2000 daarin tekort schiet, moet er een back-up systeem zijn, bijvoorbeeld het oude, analoge systeem.

Dit leidt tot de volgende vragen.

1. Hoe zijn vooralsnog de ervaringen met het C2000-systeem in Breda en verzorgingsgebied? Heeft er zich de afgelopen vijf jaar een moment voorgedaan waarop het systeem grootschalig ingezet moest worden?

2. Is in Breda de bereikbaarheid en inzetbaarheid van C2000 getest? Zo ja, wat waren hiervan de resultaten? Zo nee, acht U het raadzaam om in kaart te brengen welke beperkingen in de verbinding het systeem in Breda kent?

3. Zijn er in Breda momenten geweest waarop de inzet van het C2000-systeem niet naar behoren is verlopen? Zo ja, op welke momenten was dit en wat was de aard van de tekortkomingen? Welke invloed hebben deze gehad op het verloop van de hulpverlening?

4. Hoe is in Breda de dekkings van het C2000-netwerk? Hoeveel gespreksgroepen kunnen er in Breda gelijktijdig gebruik maken van C2000? Hoe is dit in de gebieden met een lage dekking?

5. Beschikken de hulpdiensten in Breda over extra, mobiele zendmasten die bij evenementen in een gebied met een beperkte dekking, kunnen worden ingezet? In het geval van een calamiteit, zou het mogelijk zijn snel extra mobiele masten op te richten?

6. Is het bekend of het signaal in Breda voldoende sterk is om ook binnen gebouwen verzekerd te zijn van een optimaal bereik zonder uitval?

7. Welke ervaringen en eventueel klachten hebben de hulpdiensten in de regio over C2000? Klopt het dat het systeem in het gebruik, met name tijdens calamiteiten, als complex ervaren wordt? Is het gebruikersprotocol rond C2000 voor de gebruikers voldoende helder?

8. Is het nodig om, daar waar verkeerd gebruik de oorzaak is van het slecht functioneren van C2000, extra te investeren in cursussen in het gebruik van C2000? Bent U bereid dit te organiseren?

9. Bent U met ons van mening dat, indien C2000 ook in Breda niet optimaal functioneert, het verstandig is om een back-up systeem te hebben? Is het oude systeem hiervoor inzetbaar? Is het mogelijk om beide systemen samen te voegen tot een hybride systeem?

Met 2000 groeten,

Selçuk Akinci
Fractievoorzitter GroenLinks Breda

De Correspondent – vr 2 oct. 2009

„Uw organisatie of instelling staat vermeld in het adressenbestand voor de Breda Berichten van de Gemeente Breda. Dit betekent dat U van elk Breda Bericht een printversie ontvangt. Op jaarbasis levert dat voor U vele Breda Berichten op.”

„De gemeente Breda staat een duurzaam beleid voor met daarbij oog voor efficiency”, zo vervolgde de brief. „Vanuit deze gedachte ontvangt U met ingang van 1 oktober 2009 voortaan het Breda Bericht per e-mail. Ik hoop dat U begrip heeft voor deze aangepaste werkwijze.”

Geheel indachtig deze duurzame en efficiënte werkwijze kreeg ik de brief twee keer opgestuurd.

– za 3 okt. 2009

Cultuurdossier blijft voor GroenLinks eenzame strijd
geschreven door Selçuk Akinci
zaterdag 03 oktober 2009

En toen moest er een bibliotheekfiliaal dicht. Pijnlijk dat dat voorstel uitgerekend van een GroenLinks-wethouder moest komen. Maar de boodschap van Willems was duidelijk: binnen de begroting die door de raad is vastgesteld, is het onmogelijk om alle fillialen open te houden.

Al jaren kampt de bibliotheek met een tekort op de begroting, dat in de voorgaande perioden echter nooit is gedicht. Er restten twee manieren om het tekort te dichten. Ofwel moest er flink gesneden worden in de ambitieniveau van de bibliotheek, ofwel moest er geld bij op de begroting.

Sluiting
De raad is echter nooit zo genegen geweest nog meer te investeren in de duurste culturele voorziening van de stad. Om het tekort niet verder te laten oplopen werd de modernisering uit een eerder beleidsplan simpelweg niet uitgevoerd en bleven de openingstijden van de filialen uitermate sober. Iets wat GroenLinks wel eens heeft doen verzuchten: „sluit maar een filiaal, want een bibliotheek die nooit geopend is, is geen bibliotheek”. Het was uiteindelijk precies die oplossing die Cultuurwethouder Wilbert Willems moest presenteren.

Verzet
Net als in een vorige periode stuitte dit op fel verzet in de raad, die in meerderheid overigens nog steeds niet bereid was de benodigde extra tonnen aan de bibliotheekbegroting toe te voegen. Wel heeft de ‘buigen of barsten’- actie van Willems opgeleverd dat de raad nu eindelijk erkent dat de begrotingen voor de gemeentelijke culturele instellingen veel te krap bemeten zijn.

Onderzoek
En dus kreeg Willems van de raad eenmalig 150.000 euro om te onderzoeken of het filiaal IJpelaar opengehouden kon blijven door samen te werken met private partners.

Tegelijkertijd werd op voorstel van GroenLinks een vooralsnog eenmalig, bedrag van 75.000 euro aan de begroting van De Nieuwe Veste toegevoegd om ook deze sluitend te krijgen zonder te snijden in het aanbod van het centrum voor beeldende kunst en muziek.

Toekomst
De vraag is nu wat een volgende gemeenteraad bereid is uit te trekken voor het op peil houden van het aanbod van de gemeentelijke culturele instellingen. Om het huidige voorzieningenniveau te handhaven is een structureel bedrag van enkele tonnen nodig.

Medestanders
Lang stond GroenLinks vrijwel alleen als het geld voor cultuur weer eens voor de poorten van de hel vandaan moest worden gesleept. Alleen D’66 heeft zich altijd een trouw bondgenoot getoond. De VVD zegt, bij monde van woordvoerder Ernst, inmiddels ook schouder aan schouder met Groen- Links aan de spreekwoordelijke hellepoort te staan. Grote vraag is hoe CDA en PvdA zich de volgende periode gaan opstellen.

Terugdraaien
De vrees bestaat dat om de instellingen te faciliteren, deze partijen nieuwe investeringen van de afgelopen jaren, zoals in een succesvol filmfestival, willen terugdraaien. Dat is niet alleen financieel onverstandig, aangezien deze investeringen voor de helft door de provincie worden gedragen. Het zou ook in één klap teniet doen wat er de afgelopen jaren in Breda aan nieuwe initiatieven is opgebouwd.

GroenLinks heeft zich in de afgelopen jaren neergezet als een partij die een rijk geschakeerd cultureel klimaat, naast milieu, als speerpunt hoog in het vaandel heeft staan. Het moge duidelijk zijn dat het in stand houden en uitbreiden van het culturele aanbod in de stad ook in de komende periode hoog op de agenda blijft staan.

De Bavelse Berg: een grafrede
geschreven door Selçuk Akinci
Saturday 03 October 2009
Toegegeven, het is nooit het favoriete project van GroenLinks geweest. Toch waren er best momenten waarop de Bavelse Berg op de steun van GroenLinks mocht rekenen. Maar tijden veranderen: de Berg komt niet naar Mohammed en Mohammed deze keer ook niet naar de Berg. Een grafrede.

door Selçuk Akinci

Het was een mooi idee van de Grontmij, eigenaar van de vuilstort die inmiddels de Bavelse Berg is gaan heten. Dek de berg af, bouw er een evenemententerrein met een hal en vele leisurefuncties omheen en voila: er is een moderne invulling gegeven aan de eeuwigdurende zorgplicht.Want dat afval dat onder een deklaag grond ligt te smeulen, moet natuurlijk wel beheerd worden.

Budgettair neutraal
Het plan was ambitieus. Misschien ook wel iets te groot voor Breda. Maar wethouder André Adank was verkocht. En dus leurt hij sinds het begin van dit millennium samen met de Grontmij met het idee. Niet zonder succes overigens. Na een gevoelig verlies voor het CDA in 2006 wist Adank op behendige wijze de investeringen in de Bavelse Berg in het coalitie-accoord te houden. Met de 600 voornamelijk laaggeschoolde arbeidsplaatsen die de Berg zou opleveren wist hij ook de PvdA en, weliswaar schoorvoetend, GroenLinks te overtuigen. Dit wel onder één strikte, door GroenLinks geëiste voorwaarde: de Berg moest budgettair neutraal zijn. Ofwel: het mocht de gemeente niets kosten.

Bedrijventerrein
Daar zat ‘m de afgelopen jaren het venijn. Het programaccoord sprak weliswaar van ‘budgettair neutraal’, maar wel ‘door toevoeging van functies in de directe omgeving van het evenementencomplex’. Verder leest het accoord: ‘deze functies dienen een relatie te hebben met de activiteiten in het gebied de Bavelse Berg’. Die voorwaarde is door Adank flink opgerekt toen als een duvel uit een doosje ineens 10 hectare bedrijventerrein aan het plan werd toegevoegd waarvan de opbrengst ten goede moest komen aan de Bavelse Berg. Iets waar de raad, laat staan GroenLinks, nooit formeel mee accoord is gegaan. Een bedrijventerrein is immers nauwelijks functiegerelateerd te noemen.

Lijndonk-Tervoort
Na protesten van GroenLinks werd het bedrijventerrein in de plannen gehalveerd en de landingsplaats voor helicopters geschrapt. Daarnaast werd voorzien in een transferium en een voorstadhalte Breda Oost. Grontmij had intussen weer een nieuwe versie van haar plannen ontvouwen waar in de ontwikkeling van de Berg ineens klimaatneutraal werd genoemd. Ondertussen werd duidelijk dat de ontwikkeling van Lijndonk-Tervoort steeds onwaarschijnlijker werd, waardoor de noodzakelijke gemeentelijke investering in de infrastructuur volledig op rekening van de Berg kwam te staan.

Het was dan ook nauwelijks verrassend toen vervangend wethouder Els Aarts in het najaar van 2008 met een brief kwam waarin stond dat de Berg alsnog 5 miljoen euro extra zou gaan kosten. De GroenLinks-fractie had inmiddels al afscheid genomen van het project, maar de Grontmij ging nog wel door met het verder ontwikkelen van weer aangepaste en steeds klimaatneutralere plannen, maar kreeg de financiering telkenmale niet rond. Zelfs partner ING Realestate lukte het niet de eigen bank zover te krijgen te investeren in het project.

Crisis
Er was uiteindelijk een in volle hevigheid woedende wereldwijde financiële crisis en een flinke portie politieke moed voor nodig om Els Aarts definitief de stekker uit het project te laten trekken. Daar begon ze dit voorjaar mee, door van de Grontmij te eisen dat deze binnen ettelijke maanden de financiering rond kreeg. Gebeurt dat niet, zegt de gemeente de samenwerkingsovereenkomst op. En op dat laatste zal het uiteindelijk neerkomen.

Groen-blauw raamwerk
Dat is vervelend voor de vertraging die de realisatie van het groen-blauwe raamwerk zal opleveren, maar heeft verder vooral voordelen: Breda is verlost van een verkeerd gelocaliseerd bedrijventerrein bij de Berg, van extra vloeroppervlak aan detailhandel die de markt maar nauwelijks aankan en een torenhoge en onrendabele investeringen in een leisure-centrum waar de markt duidelijk niet op zit te wachten.

Blijft alleen het probleem van de evenementenhal die er niet is.Wellicht wordt het tijd om eens met exploitant Maver te bellen met de vraag of zij niet ergens een hal willen bouwen. Op het CSM-terrein bijvoorbeeld.

Breda moet kiezen voor vrijer drugsklimaat

Voer een pasjessysteem voor coffeeshops in, betoogt CDA-raadslid Erkal Uçerler op 24 september op de site Breda Vandaag. Daarmee houd je drugstoerisme tegen en voorkom je dat mensen meer dan de toegestane hoeveelheid inkopen en op straat doorverkopen. Hij heeft ongelijk.

Al jarenlang gaat het CDA ervan uit dat wanneer de toegang tot coffeeshops wordt ontzegt, de behoefte aan soft-drugs verdwijnt. Telkens komt de fractie daarom met repressieve ideeën, hetzij de sluiting van coffeeshops, hetzij nu weer de invoering van een pasjessysteem. Het blokkeren van de ingang leidt echter in geen enkel geval tot vermindering van soft-drugsgebruik. Nu is het de vraag welk doel het CDA voor ogen heeft. Voert de partij een ideologische oorlog tegen alles wat met drugs te maken heeft, of wil zij de overlast en ongewenste gevolgen van druggebruik zoveel mogelijk beperken? Laat ik uitgaan van het laatste. In dat geval moet Breda vier stappen zetten naar een vrijer drugsklimaat.

1. De Bredase coffeeshops zijn vrij toegankelijk voor iedereen boven de 18
Hoe gek het ook lijkt, er is weinig verband tussen het bestaan van coffeeshops enerzijds en het gebruik van drugs anderzijds. Ik heb zelf een jaar in Engeland gewoond, waar geen shops waren. Het was geen enkele belemmering voor mijn huisgenoot, een student filosofie, om elke dag weer aan voldoende ‘splifs’ te komen. Het enige verschil, hij kocht zijn spul via straathandelaren, die naast hasj en weed ook tal van andere, minder onschuldige drugs op voorraad hadden. De coffeeshops in Breda verkopen uitsluitend softdrugs. De verleiding om van soft-drugs over te stappen naar andere drugs is hier dus minimaal.

Wanneer mensen niet in een coffeeshop terecht kunnen, zoeken ze automatisch naar alternatieven. Dat is ofwel een andere gemeente, ofwel de straathandel. Die illegale handel brengt extra overlast met zich mee en is oncontroleerbaar. Daarnaast beperkt de illegale handel zich niet tot de verkoop van hash en weed. Met hetzelfde gemak kan de klant ook aan xtc, ghb, crack en cocaïne komen. Drugs die de illegale handelaar maar wat graag verkoopt, vanwege de hogere winstmarges en de in sommige gevallen grotere verslavingskans. Een uitermate onwenselijk stukje ‘klantenbinding’. Een pasjessysteem wat voorziet in verkoop aan alleen de eigen bevolking leidt tot een toename van de illegale handel en het ontstaan van drugspanden. Wie dat wenst is niet goed wijs.

2. Breda handhaaft minimaal negen coffeeshops
Hoe kleiner het aantal shops, hoe groter de klantenkring. Daardoor verdwijnt de rust uit de coffeeshops en vindt er een monopolisatie plaats van de ‘achterdeur’. Die criminele achterdeur is een gedrocht dat de Haagse politiek zelf geschapen heeft dankzij het tweeslachtige gedoogbeleid. Soft-drugs mag legaal verkocht worden aan klanten, maar de kweek en toelevering van de voorraad is nog steeds illegaal. Zolang de achterkant niet gelegaliseerd is, moeten machtsconcentraties in het criminele circuit, zoveel mogelijk worden voorkomen.

3. Breda gaat lankmoedig om met kwekers
Elk zakje weed dat verkocht is, is ergens gekweekt. In sommige gevallen gebeurt dat in woonhuizen. Criminele bendes verleiden mensen, vaak in financiële problemen, tot het kweken van weed op zolder. Vaak met ondeugdelijke installaties en illegaal afgetapte stroom. Vanwege de brandgevaarlijke situaties moet hier actief worden opgespoord en vervolgd. Grootslalige thuiskwekers moeten, ongeacht of het hier een koop- of een huurwoning betreft, vervolgd worden op gevaarzetting. Een ander verhaal is het wanneer met professionele organisaties gekweekt wordt op loodsen en schuren in het buitengebied. De installatie is dan relatief veilig. Door lankmoedig om te gaan met controles buiten de woonwijken, wordt de gevaarlijke thuisteelt, met alle overlast die erbij hoort, ontmoedigd.

4. Breda vangt haar drugtoeristen op aan de rand van de stad
Nu Roosendaal en Bergen op Zoom hun shops hebben gesloten, zijn er voor de bewoners in West-Brabant weinig alternatieven meer buiten Breda. Hetzelfde geldt voor de drugtoeristen in België en Frankrijk. Nu zijn er twee soorten drugtoeristen: degene die behalve een coffeeshop ook de stad bezoeken. Voor hen is een bezoek aan de coffeeshop slechts een onderdeel van hun programma. Deze toeristen zijn, net als elke andere toerist, meer dan welkom. De andere groep komt hier alleen maar om hasj of weed in te kopen. Deze toeristen rijden hier naar toe, doen hun inkopen, nemen een blowtje en rijden vervolgens onder invloed terug. Dat bezorgt overlast. En kan daarom het best worden bediend met een coffeeshop buiten het centrum, aan één van de toegangswegen van onze stad. De burgemeester heeft dat onderwerp inmiddels taboe verklaard. Kennelijk neemt hij de toestroom van drugtoeristen die niet meer in België en Frankrijk terecht kunnen op de koop toe.

Het is uiteindelijk Den Haag waar de keuze gemaakt moet worden om soft-drugs te legaliseren. Alleen dan kan er een echt consistent beleid gevoerd worden tegen vermenging van soft- en harddrugs, het tegengaan van overlast en het voorkomen van illegale thuisteelt. Elke andere richting die Den Haag aangeeft, maakt het voor de lokale overheid lastig om grip te houden op de drugscene. Tot het zover is, zal Breda zelf zijn eigen, vrijere drugsklimaat moeten scheppen om de overlast zo goed mogelijk te beteugelen. Een pasjessysteem hoort daar in ieder geval niet bij.

Weemoed – do 8 okt. 2009

Het was halverwege de ochtend toen ik de deur uitliep. De bleke stralen van de ochtendzon schenen over de beregende straatstenen. De lucht helblauw en amper bewolkt.

Ik weet niet of het de geur was van de nog verse regen. Of de schittering van het felle licht. Maar iets deed me denken aan vroeger. Of elders. Of hoogstwaarschijnlijk beide. Een onbestemde heimwee maakte zich van mij meester.

Het is herfst en niets wordt meer zoals het was.

vr 9 oct. 2009

Vandaag heeft de Hoge Raad zich uitgesproken over ontruimingsacties die plaats vinden op grond van het strafrecht. In een communiqué omschrijft de Hoge Raad haar uitspraak als volgt:

„De Hoge Raad heeft geoordeeld dat een inbreuk op een fundamenteel recht als het huisrecht, ook dat van een kraker, moet berusten op een in de wet voldoende precies omschreven bevoegdheid. Volgens de Hoge Raad ontbreekt zo’n wettelijke bevoegdheid voor strafrechtelijke ontruiming van kraakpanden door de politie op last van het openbaar ministerie.”

In diverse gevallen in Breda heeft ontruiming plaats gevonden op basis van een oordeel van de officier van justitie en/of op basis van het strafrecht. Telkenmale heeft de fractie van GroenLinks vervolgens in vragen aan het college gezegd dat een uitspraak van de rechter diende te worden afgewacht alvorens tot een eventuele ontruiming overgegaan kon worden. Telkenmale heeft U daarop geantwoord dat dit niet nodig was en dat een ontruiming op basis van een uitspraak van de officier van justitie voldoende juridische grondslag gaf voor een ontruiming.

Dit blijkt nu ten ene male onwaar: de in Breda steeds vaker toegepaste praktijk wordt nu door de Hoge Raad keihard gelogenstraft. De Hoge Raad onderschrijft de visie van GroenLinks dat alleen dan ontruimd kan worden wanneer er een vordering ligt van de Burgerlijke (!) Rechter of op last van de burgemeester in verband met verstoring van de openbare orde. Dat wil zeggen dat ontruiming van een pand, ongeacht de duur van de aan de kraak voorafgaande leegstand alleen kan geschieden indien de eigenaar bij de burgerlijke rechter een vordering tot ontruiming tegen de krakers instelt en krijgt toegewezen. Het is vervolgens aan de deurwaarder om deze ten uitvoer te leggen, zo nodig met assistentie van de politie.

GroenLinks betreurt het ten zeerste dat nu door de Hoge Raad is bevestigd dat diverse ontruimingen die in de afgelopen jaren in Breda hebben plaatsgevonden, alsmede de grove huisvredebreuk die in december 2005 is gepleegd ten opzichte van de bewoners van de Heilig Hartkerk, elke juridische grondslag miste en dat niet alleen de officier van justitie Breda, maar ook de gemeente, zich schuldig heeft gemaakt aan het schenden van de wet.

Dientengevolge de onderstaande vragen aan Uw college.

1.    Bent U het met ons eens dat, gezien bovenstaande, de ontruiming van de Tuinzigtlaan dd. 4 februari 2009 niet had mogen plaatsvinden? Zo nee, waarom niet?
2.    Bent U het met ons eens dat, gezien bovenstaande, de ontruiming van het pand Grote Markt 29 dd. 12 augustus 2009 niet had mogen plaatsvinden? Zo nee, waarom niet?
3.    Bent U het met ons eens dat, gezien bovenstaande, de ontruiming van het Van Coothplein 10 dd. 26 mei 2009 niet had mogen plaatsvinden? Zo nee, waarom niet?
4.    Bent U het met ons eens dat, gezien bovenstaande, de ontruiming van de flat aan de Ignatiusstraat dd. 9 januari 2009 niet had mogen plaatsvinden? Zo nee, waarom niet?
5.    Bent U het met ons eens dat, gezien bovenstaande, de handhavingsactie in de Heilig Hartkerk dd. 21 december 2005 niet had mogen plaatsvinden? Zo nee, waarom niet?
6.    Bent U het eindelijk met ons eens dat in de toekomst een rechterlijk oordeel afgewacht dient te worden alvorens een pand door een deurwaarder, al dan niet met assistentie van de politie, tot ontruiming over kan gaan? Zo nee, wat is hier nog meer voor nodig?

Met juridische groet,

Selçuk Akinci
Fractievoorzitter GroenLinks Breda

De Groene – do 23 juli 2009

VROM
VROM

In Den Haag weten ze waar Breda ligt. Althans, bij het ministerie van VROM. Al maanden hangt daar op de gevel prominent het plaatsnaambordje van Breda.

Breda heeft best een aardig klimaatbeleid. En dan druk ik me nogal bescheiden uit, want je zou het ook ‘ambitieus doch realistisch’ kunnen noemen. In Rotterdam pochen ze met het feit dat ze een groene stad willen zijn. Wij doen het gewoon.

Bij VROM hebben ze dat door. En dus hangen we aan de gevel. Samen met illustere plaatsen als Lochem, Heerlen en Zwolle. Dat laatste wringt natuurlijk een beetje. Want als internationaal georiënteerde stad vinden we het rijtje ‘Rotterdam, Breda, Antwerpen, Brussel, Parijs’ toch een stuk beter klinken.

Maar ja, die plaatsen zijn dan weer niet groen genoeg.

Homo Congrediens – za 4 okt. 2008

Het DWARS-congres kwam bijeen in het met ontruiming bedreigde kraakpand De Illusie in hartje Den Haag. Op zo’n ideologisch verantwoorde locatie heeft het steeds gematigder wordende DWARS al lang niet meer vergaderd.

Het thema van dit congres, waarbij ik mezelf opnieuw heb opgeworpen als notulist, was ‘dogma’s’. En in de discussie die die avond rond dat thema werd gevoerd, werd onder andere het onderwerp kernenergie opgevoerd.

Nu dacht ik altijd vier redenen te hebben om tegen Kernenergie te zijn. Er is geen oplossing voor het afvalprobleem, de beschikbare voorraad makkelijk winbare uranium is beperkt – waar nog bij komt dat de delving van uranium vaak enorme landschapsvernietiging met zich meebreng – , bij kernenergie komt, over de hele keten berekend, vrijwel net zo veel Koolstofdioxide vrij als bij conventionele electriciteitscentrales en, hoewel de veiligheid van kerncentrales is verbeterd, als het mis gaat zijn we ook meteen zwaar de lul.

Nu wist de voorstander van Kernenergie mij te vertellen dat de CO2-uitstoot van een kerncentrale aanmerkelijk lager is dan bij conventioene centrales, ook als je het winnen van uranium meeweegt. Toegegeven, ik heb me nooit erg verdiept in kernenergie, maar ik was daar toch wel enigszins door verrast. En hoewel ik niet zomaar klakkeloos dingen van andere aanneem, ga ik zelf toch nog maar eens onderzoeken hoe die cijfers nu precies in elkaar steken.

Waarmee ik trouwens alleen maar wilde illustreren dat ik niet dogmatisch tegen kernenergie ben, maar alleen om praktische redenen. In het onwaarschijnlijke geval dat we die andere drie bezwaren ook nog kunnen oplossen, ben ik straks misschien gewoon voor. Op praktische gronden.

Homo Prasinus – wo 23 juli 2008

groen blaadje

Gisteren hekelde ik in mijn stuk over non-conformisme het door Cramer bedachte gloeilampverbod. Leuk allemaal, maar je komt dan als GroenLinkser wel in een lastig parket te zitten. Er waren toch immers ook grenzen?

Het wordt lastig wanneer je met een diepgeworteld non-conformisme milieupolitiek wil gaan bedrijven. Want we willen bij GroenLinks toch allemaal dat mensen minder auto gaan rijden. Of minder vlees eten. Of minder energie verbruiken. Ik ben echter niet erg gecharmeerd van het steeds maar willen verbieden van zaken. Waar ik minder moeite mee heb, is als zaken duurder gemaakt worden. Dat heeft, naast dat het een bewuster consumptiegedrag beoogt, ook een heel simpele economische achtergrond.

Economie is de wetenschap die zich bezighoudt met de vraagstukken rond de verdeling van schaarste. En een schoon milieu en de aanwezigheid van natuur zijn schaarse goederen. De nabijheid van natuur is aantrekkelijk als recreatiemogelijkheid voor burgers en indirect ook als vestigingsfactor voor bepaalde bedrijven. Een schone lucht is belangrijk voor de volksgezondheid van mensen. Daarmee zijn deze immateriële zaken toch kwantificeerbaar te maken. En alle zaken die schade berokkenen, dus ook. Een gloeilamp levert extra, in geld uit te drukken, schade aan het milieu.

Onwillekeurig betekent dit dat de aanschaf en het gebruik van milieuvervuilende goederen en diensten dus voorbehouden is aan de rijken. Dat klopt, maar wil niet zeggen dat daarom een verbod beter is dan een extra beprijzing. De keuzevrijheid is voor mensen met een minder dan modaal inkomen immers niet kleiner dan voor anderen. Ze zijn echter beperkt in de mate waarin ze hun keuzevrijheid inzetten. Daarnaast creëer je ook niet een meer egalitaire samenleving door de mogelijkheid luxe-producten aan te schaffen middels een verbod gaat beperken.

Vrijheid is een te groot om overal links en rechts maar verbodjes rond te strooien. En het milieu is, juist met het oog op toekomstige generaties, te kostbaar om onbeschermd te laten. De economie en de economische mechanismen zijn bij uitstek geschikt om dit belangenconflict te beslechten en deze schaarste op een juiste wijze te verdelen. Prijs stuurt vraag, winstmarge stuurt aanbod. Bij milieuonvriendelijke producten is het zaak het eerste te verhogen en het tweede te verlagen. Door middel van slimme taxering, evenredig aan de mate van schadelijkheid van het product.

Homo Occupatus – di 29 apr. 2008

Natuur en Milieu

Mijn werkweken zitten de afgelopen tijd weer behoorlijk vol. Het raadswerk, een halve baan bij het Wetenschappelijk Bureau in Utrecht en alle randactiviteiten die daar bij horen vullen de week behoorlijk. Daarom heb ik vandaag maar een verstandig besluit genomen: ik neem er nog een baan bij.

De komende tijd ga ik daarnaast aan de slag als communicatiemedewerker bij Natuur en Milieu. De organisatie zet zich in voor duurzame oplossingen voor natuur- en milieuproblemen. Veel mensen denken bij milieuorganisaties eerder aan Milieudefensie of Greenpeace. Deze organisaties zijn wat zichtbaarder omdat ze vaak grote publiekscampagnes hebben. Natuur en Milieu doet dat wat minder en is vooral in overlegstructuren actief. Maar ook ‘wij’ willen zichtbaarder naar buiten treden.

Zo is onlangs de melk-campagne begonnen, waarbij Natuur en Milieu duidelijk maakt dat voor melk van Friesche Vlag soja is gebruikt die wordt verbouwd op platgebrande stukken regenwoud. Dat in tegenstelling tot bijvoorbeeld melk van Campina, waarbij het veevoer wel verantwoord is verbouwd.

Aan mij de taak om de komende tijd een aantal campagnes van Natuur en Milieu onder mijn hoede te nemen. En euhm… lid donateur worden hè.

Homo Vernus – vr 14 mrt. 2008

selcuk akinci

Gisteren vond voor de tweede maal het pré-kadernotadebat plaats, waarin de fracties aangeven welke prioriteiten zij voor het komende jaar stellen. Hieronder mijn bijdrage.

Voorzitter,

Een jaar geleden, bij de pre-kadernota, legde ik drie accenten voor de toekomst van de stad, die ik kortheidshalve samenvat als duurzaam, sociaal en gericht op de toekomst.

Enkele maanden later, bij de behandeling van de Kadernota 2008, vertelde ik U het verhaal van Tobias de Ridder, die in 2050 door de stad fietst en wandelt. Rond de stad een prachtig aaneengesloten groen buitengebied, daar midden in: de stad, vol eigenzinnige, openhartige Bredanaars in een cultureel bruisende stad.

En bij de begroting vertelde ik U het verhaal van de treinreis naar nieuwe bestemmingen. En ik sloot af met de zin “We zien uitdagingen te over voor de tweede helft van de bestuursperiode, die ik graag oppak met de collegae”.

Vandaag is voor deze coalitie het begin van die tweede helft. Twee jaar geleden was er onderling vertrouwen, maar voelde het af en toe ook wat ongemakkelijk. Nu zeg ik vol overtuiging: deze coalitie is geen verstandshuwelijk. Het is veel meer. Het is een gesamptkunstwerk waarbij alle vier de partners duidelijk hun eigen inbreng hebben, maar het resultaat van ons allemaal is.

Voor de Kadernota 2008 legt GroenLinks een aantal expliciete wensen neer op de thema’s natuur en milieu, cultuur en erfgoed. De gemene deler van al die zaken is dat ze te maken hebben met de beleving van de stad en de dorpen, de vezels van Breda, ons DNA.

In het kader van de reconstructie heeft Breda nog grote opgaven liggen waarvoor financiering ontbreekt. Dat geldt allereerst voor De Rith en de Flessenhals Teteringen, maar ook voor andere verbindingszones, waaronder het groenblauwe Raamwerk bij Bavel. De financiering voor die projecten zouden wij graag terugzien in de Kadernota.

Op het gebied van het klimaat en de luchtkwaliteit maakt Breda stappen voorwaarts. Maar de problemen in de stad zijn ook bovenmatig groot. Met innovatieve maatregelen, zoals groene daken of de aanplant van boomsoorten die meer lucht zuiveren, kan weer een slag geslagen worden. Voor dit soort groene innovatie willen we graag een investeringsbedrag reserveren.

Breda moet werk maken van het verbeteren van de waterkwaliteit. Onderdeel daarvan is zorgen voor voldoende retentiecapaciteit en een goede doorstroming van het water van zuid naar noord. Het doortrekken van de Haven en de Nieuwe Rivier kan een bijdrage kan leveren aan deze problematiek. Oftewel: wat we investeren in de Nieuwe Mark, kunnen we op andere plekken juist besparen. GroenLinks zou graag een gedegen onderzoek willen zien waarin staat welke positieve effecten het doortrekken van de Nieuwe Mark heeft, wat we daar allemaal voor moeten doen en wat we vervolgens aan andere maatregelen kunnen besparen. Op basis van die informatie kan de raad straks besluiten om van de Nieuwe Mark een echt stromende rivier te maken.

Voorzitter,

Op het punt van Cultuur heeft deze stad vorig jaar een groots Cultuurdebat gehad. Voor het eerst ging de gemeente, ging de politiek de dialoog aan met de kunstenaars en de bewoners van deze stad. Het resultaat: hernieuwd vertouwen en een heldere visie. De kracht van Breda zit in de beeldcultuur en daarop moeten we verder bouwen. Dat moeten we dan wel kunnen: GroenLinks vraagt een investeringsbudget om die beeldcultuur op poten te kunnen zetten, onder andere voor de Markstudio’s. Maar we willen ook een structurele verhoging van het budget: voor het stimuleren van de broedplaatsen, het faciliteren van een filmfestival, kortom, voor allerlei initiatieven die passen in het concept van de beeldcultuur.

Tot slot het punt van Erfgoed, mevrouw Vossenaar heeft het al genoemd. De Heer Vos vroeg de vorige raadsvergadering nog wat dan het geeigende moment was om daar geld voor te vragen. Wel, mijnheer Vos, dit is dat moment. GroenLinks wil de achterstand in de inventarisatie inlopen, de beleidsadvieskaarten veilig stellen, en ruimte creëren voor de ongedekte ambities. Overigens, wethouder, denkt U dan ook meteen aan het behoud van Veemarktstraat 58? Heel graag.

Voorzitter, deze coalitie heeft nog andere ambities, als het gaat om participatie, jeugd en gezin en het onderwijs. Andere partners zullen daar in hun bijdrage ook nog op terugkomen. Eén wil ik er al wel vast noemen: dat gaat om het onderhoud van de stad. In de hoorzitting horen we veel problemen van bewoners van de stad die daar betrekking op hebben. We zouden graag zien dat deze in relatie tot de bestaande onderhoudsplanning worden bezien en meegenomen. Daarbij denk ik onder andere aan de speelveldenproblematiek zoals deze is aangekaart door de medewerkers van NAC, de boomwortelopdruk in de Haagse Beemden, de bloembakken in het centrum of de toekomstige financiering van de Fietsplannen. En ook voor het boek van de vogelwerkgroep of de kinderboerderij Haagse Beemden moet binnen de reguliere budgetten toch wel financiering te vinden zijn. De GroenLinks-fractie vraagt daar bij het college aandacht voor.

Voorzitter, ik rond af
De voorstellen die U straks van PvdA, CDA, Breda ‘97 en GroenLinks zult krijgen, zijn niet zonder visie. Ze gaan over de toekomst van Breda, over mensen, over zorg, over cultuur, over natuur en milieu. En wellicht zijn er nog meer voorstellen van anderen in deze raad die een bijdrage kunnen leveren aan het verbeteren van onze stad. Het aandeel van GroenLinks in dat totaalpakket is volgens mij onmiskenbaar. Wie dat niet wil zien, is ziende blind.

Weet U wat ik denk? Ik denk dat het lente wordt.